H7 eenheden
1 / 25
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Schrijf de goede volgorde van eenheden van lengte
Slide 2 - Open vraag
Hoeveel GB is 1 TB?
A
10
B
100
C
1.000
D
10.000
Slide 3 - Quizvraag
Van km/u naar m/s is...
A
x 3,6
B
: 3,6
Slide 4 - Quizvraag
200 meter in 110 seconden. Hoeveel meter is dit per seconde?
A
1,81 m
B
1,82 m
C
55,5 m
D
720
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de juiste volgorde?
A
Ton - Kilogram - Gram - Milligram
B
Kilogram - Milligram - Gram
C
T - K - G - M
D
milligram (mg)- centigram (cg) - decigram (dg) - gram (g) - decagram (dag)- hectogram (hg)- kilogram (kg)- ton (t)
Slide 6 - Quizvraag
Vul in:
0,98 TB = ... MB
0,98 TB = ... MB
A
9800
B
98.000
C
980.000
D
9.800.000
Slide 7 - Quizvraag
Bereken:
7,4 g + 510 mg = ... mg
7,4 g + 510 mg = ... mg
A
584 mg
B
7910 mg
C
791 mg
D
Dat kun je niet berekenen
Slide 8 - Quizvraag
Wat is een grootheid en wat is een eenheid?
Grootheid
Eenheid
lengte
oppervlakte
seconde
kilogram
snelheid
centimeter
uur
tijd
kilometer
gewicht
jaar
Slide 9 - Sleepvraag
Wat is gelijk aan 1 liter?
A
1 kubieke centimeter
B
1 kubieke decimeter
C
1 deciliter
D
1 kubieke deciliter
Slide 10 - Quizvraag
Wat is de juiste volgorde?
A
L - m - cL - mL
B
L - dm - cL - cm
C
L - cL - dL - mm
D
L - dL - cL - mL
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel liter is 830 cL + 0,8 L?
A
1,63 L
B
16,3 L
C
838 L
D
830,8 L
Slide 12 - Quizvraag
Eenheid van inhoud
Eenheid van snelheid
Eenheid van tijd
Eenheid van temperatuur
Milliliter
Km/u
5 uur
5 graden
Slide 13 - Sleepvraag
Hoeveel minuten is 5,5 uur?
A
300 minuten
B
330 minuten
C
360 minuten
D
55 minuten
Slide 14 - Quizvraag
Inhoud
stopwatch
seconde
gewicht
ons
liniaal
dm
thermometer
temperatuur
Slide 15 - Sleepvraag
5 eeuwen en 8 jaar = ... jaar
A
58 jaar
B
580 jaar
C
508 jaar
D
5,8 jaar
Slide 16 - Quizvraag
896 seconden = ... minuten en ... seconden
A
14 minuten en 16 seconden
B
14 minuten en 36 seconden
C
14 minuten en 56 seconden
D
14 minuten en 93 seconden
Slide 17 - Quizvraag
GEWICHT
Ton
Kilogram
Gram
Slide 18 - Sleepvraag
Eenheden van oppervlakte. Hoe bereken je de oppervlakte
A
Lengte x breedte
B
Lengte + breedte
Slide 19 - Quizvraag
Hoe bereken je de omtrek?
A
Lengte + breedte + lengte + breedte
B
Alle zijden bij elkaar opgeteld.
Slide 20 - Quizvraag
Wat is de stapgrootte van de eenheid van oppervlakte.
Slide 21 - Open vraag
Hoeveel meter is 8900 mm?
A
0,89 meter
B
8,9 meter
C
89 meter
D
890 meter
Slide 22 - Quizvraag
Hoeveel decimeter is 9 kilometer?
A
90 decimeter
B
900 decimeter
C
9000 decimeter
D
90.000 decimeter
Slide 23 - Quizvraag
Welk onderdeel vind je het moeilijkst?
Slide 24 - Woordweb
Inhoud
Lengte
Gewicht
Liters
Kilogrammen
Decimeters
