Spelling H1 (50 min les)

Spelling H1
trema, apostrof, accent, cedille
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Spelling H1
trema, apostrof, accent, cedille

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Openen (10
  • Dictee (10)
  • Aan de slag! (25)
  • Afsluiten (5)

Slide 2 - Tekstslide

doelen
  • Ik weet wanneer ik trema's, apostrofs, accenten en cedilles moet gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

koppelteken, trema, apostrof, accenten, cedille
Koppelteken: wordt gebruikt in samenstelling bij een klinkerbotsing, afkortingen, voorvoegsels (auto-ongeluk, A4-papier, ex-medewerker).

Trema: om te voorkomen dat twee klinkers één klank vormen (kopieren - kopiëren) = kopie - eren.
 
Apostrof: Bij meervoud -s bij Ik hOUd vAn Y's (baby's, accu's, maar: cowboys). Ook bij meervoud afkortingen (dvd's, wc's). Ook bij Y-verkleinwoord (baby'tje).

Accent aigu, accent grave, accent circonflexe/cedille: bij leenwoorden, zoals café, crème fraîche, Curacao. 

Slide 4 - Tekstslide

koppelteken, trema, apostrof, accenten, cedille


 Log in met je eigen naam.

Slide 5 - Tekstslide

Welke reeks woorden is correct gespeld?
A
menus, garçon, café's
B
cowboy's, Anne's fiets, reçu
C
cafés, A4'tjes, Alex' vader
D
Curaçao, smsje, ski-ongeluk

Slide 6 - Quizvraag

Welke reeks woorden is correct gespeld?
A
fröbelen, barrière, auto's
B
lolly's, garages, s'middags
C
logee, z'n fiets, cadeaus
D
enquête, cd'tje, vakantie's

Slide 7 - Quizvraag

Welke reeks woorden is correct gespeld?
A
video's, skiongeluk, taxis
B
kopiëren, gekopieerd, kopietje
C
creëren, gecreëerd, creätie
D
lente's, coordineren, financiëel

Slide 8 - Quizvraag

Welke reeks woorden is correct gespeld?
A
reunie, ruine, coöperatie
B
beoefenen, beademen, eventuële
C
egoïsme, reünie, chaös
D
poëzie, vacuüm, athneum

Slide 9 - Quizvraag

Dictee

Slide 10 - Tekstslide

Nakijken
1. coördinatie                       6. financieel
2. discussiëren                    7. föhn
3. draaiing                              8. geautomatiseerd
4. een van de vier                9. poëzie
5. egoïsme                            10. reünie

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!
1. Lezen theorie
2. Opdracht 1, 2, 3, 4 van Spelling H1 in online methode
25 minuten
Zelfstandig
Klaar? Lezen in leesboek

Slide 12 - Tekstslide

Huiswerk
Opdracht 1, 2, 3, 4 van Spelling H1
Thuis lezen in leesboek

Slide 13 - Tekstslide