H.4 Intro en par. 1 tijd van burgers en stoommachines

Tijd van Burgers en stoommachines
Industriële revolutie
1 / 19
volgende
Slide 1: Woordweb
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Tijd van Burgers en stoommachines
Industriële revolutie

Slide 1 - Woordweb

Beantwoord de vragen: 

1. Wat zie je op de afbeelding?

2. Wat wil de maker van dit schilderij ons laten zien? 

Slide 2 - Tekstslide

Voor Industriële revolutie
Na Indusriële revolutie
meeste mensen wonen op het platteland
meeste mensen werken op een boerderij
Machines worden aangedreven door spier- en waterkracht
meeste mensen wonen in steden
meeste mensen werken in fabrieken
machines worden aangedreven door stoomkracht

Slide 3 - Sleepvraag

Zijn de situaties voor of na de Industriële revolutie?
Voor
Na

Slide 4 - Sleepvraag

toets nabespreken
volgende les

Slide 5 - Tekstslide

De industriële revolutie - Moderne tijd 
Revolutie = grote verandering in een korte tijd
Industrie = producten maken in grote hoeveelheden in fabrieken

19e eeuw ( 1800-1900) veranderde het leven van mensen enorm. 
Kwam door uitvinding van de stoommachine. 
Gevolgen: 
- Massaproductie
- sneller vervoer over land en zee

Slide 6 - Tekstslide

Deze les gaat over de industriële revolutie.

Wanneer was de industriële revolutie?
A
In de 18e eeuw
B
In de 19e eeuw
C
In de 20e eeuw
D
In de 21e eeuw

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Leg uit waarom de 19e eeuw ook wel de ijzeren eeuw wordt genoemd.

Slide 9 - Open vraag

Nederland verandert door de industriële revolutie. Geef met voorbeelden uit het filmpje aan op welke manier.

Slide 10 - Open vraag

Industrialisatie
  • Begon in de textielnijverheid in Groot-Brittannië eind 18e eeuw. 
  • boeren maakten thuis garen = huisnijverheid 
Dit verschijnsel verdween door een grote vraag naar katoen. 
Uitvinders gingen werktuigen uitvinden om sneller te kunnen spinnen. 

Slide 11 - Tekstslide

Oorzaken industrialisatie
  • Verbeteringen in de landbouw --> bevolking groeit! 
  • Veel boeren werkloos --> trekken naar steden (urbanisatie
  • Goedkope grondstoffen uit koloniën 
  • aanwezigheid steenkool en ijzererts --> stoommachines 
  • Wetenschappers vinden steeds meer machines uit 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de industriële revolutie?
A
De overgang van jagen en verzamelen naar de landbouw
B
De trek van het platteland naar de stad
C
De overgang van werken met de hand naar werken met machines
D
Grote groepen arbeiders die in fabrieken werken.

Slide 13 - Quizvraag

Wat was niet een oorzaak van de industriële revolutie?
A
Huisnijverheid: boeren wilden meer machines
B
Grondstoffen: grote hoeveelheden steenkool en ijzererts, en katoen uit de kolonies.
C
Verbeteringen in de landbouw leidden tot een voedsoverschot
D
Bevolkingsgroei: sterftecijfer daalde doordat er meer voedsel beschikbaar was

Slide 14 - Quizvraag

De industriële revolutie begon in..
A
België
B
Groot-Brittannië
C
Verenigde Staten
D
Frankrijk

Slide 15 - Quizvraag

Gevolgen industrialisatie
  • Samenleving veranderde (agrarisch-urbane samenleving --> industriële samenleving)
  • transportrevolutie (infrastructuur verbeterde) 
  • Enorme bevolkingsgroei --> iedereen in steden wonen
  • Begin opwarming van de aarde 

Slide 16 - Tekstslide

Mogen we de industriële revolutie eigenlijk wel een 'revolutie' noemen?
Ja
Nee

Slide 17 - Poll

Geef je mening over de industriële revolutie. Onderbouw deze met minstens twee feiten. (opdracht 11 uit je boek)

Slide 18 - Open vraag

Aan de slag! 
Huiswerk voor dinsdag 30 april maak opdracht 1 t/m 12

Slide 19 - Tekstslide