Herhaling centraal examen: luchtdruk

Herhaling centraal examen: luchtdruk
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herhaling centraal examen: luchtdruk

Slide 1 - Tekstslide

Luchtdruk en de invloed hiervan op het weer
Meet luchtdruk 
en daarmee ook het weer!
Dit is een barometer: het instrument om luchtdruk mee te meten. Wanneer de barometer verandert, komt er ander weer.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is luchtdruk?
  • Luchtdruk => het gewicht van de lucht dat op de aarde drukt. 1 liter lucht weegt o,oo3 gram.
  • We meten de luchtdruk met een barometer
  • Eenheid => millibar (Mb)

  • Je hebt hoge en lage luchtdrukgbieden
Weerkaart met isobaren: Hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe harder het waait.

Slide 3 - Tekstslide

Barometer
Stijgende luchtdruk, dan beter stabieler weer.

Dalende luchtdruk, dan slechter weer. Veel kans op neerslag.


Slide 4 - Tekstslide

Isobaren
 Isobaren zijn lijnen die plaatsen met dezelfde luchtdruk verbinden.
Hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe groter het drukverschil en dus hoe sterker de wind; hoe verder ze uit elkaar liggen, hoe zwakker de wind. 

Slide 5 - Tekstslide

Op deze kaart zie je isobaren, kun jij aangeven waar een hoge- en waar aan lagedrukgebied ligt in Europa?
Windrichting: 
Bij L -> wind stroomt er naartoe
Bij H -> wind stroomt er vanaf

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Hoge luchtdruk of maxima
Hoge druk = dalende lucht!!!! 
Symbool op de kaart = H
Het getal is groter dan 1000  H

Welk weertype hoort bij H?
- helder rustig weer
- geen bewolking want dalende lucht dus de bewolking lost op (verdampt)
- warm in de zomer  /   - koud in de winter
  


Slide 8 - Tekstslide

Lage luchtdruk
Lage druk = stijgende lucht !!!!
Symbool op de kaart = L
Getal < 1000 = L

Welk weertype hoort bij L?
- wolken
- neerslag want stijgende lucht
- koel in de zomer
- zacht in de winter

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Wat is hoge en lage druk?
Luchtdruk is het is het gewicht waarmee een kolom lucht op aarde drukt.
  • Er bestaan 2 soorten drukgebieden:

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

De luchtdruk gebieden

Slide 13 - Tekstslide

Wet van Buys Ballot
1.Wind waait van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied. 
  
2.Door de draaiing van de aarde gaat niet in een 
rechte lijn, maar met een afwijking
- Op het zuidelijk halfrond naar links
- Op het nooRdelijk halfrond naar Rechts

Slide 14 - Tekstslide

Ballonvaarders maken gebruik van dalende en stijgende lucht

Slide 15 - Tekstslide

Het weer als de luchtdruk verandert..
Onthouden: Lucht stroomt ALTIJD van H naar
                   Dit is => wind!!!!
Onthouden: Hoe groter het verschil in luchtdruk, 
hoe harder het waait.

Hoe zie je dat op een weerkaart? 
=> isobaren

Slide 16 - Tekstslide

Luchtdrukverdeling wereldwijd
De luchtdrukverdeling in de VS wordt veroorzaakt door de mondiale of wereldwijde 
luchtdrukverdeling.
Van de tropen naar de polen 
liggen er gordels 
van lage en hoge luchtdruk.

Slide 17 - Tekstslide

Ligging hoge en lage luchtdrukgebieden op aarde
                  Frontale regen                                                                        Frontale regen  

Slide 18 - Tekstslide

Windrichtingen op aarde
Wind stroomt van H -> L
Let op: de aarde draait om zijn eigen as
Gevolg: wind heeft een afwijking!
Denk aan de Wet van Buys Ballot:    
TWEE REGELS
1. Wind stroomt van H naar L
2. Door draaiïng aarde krijgt
- de wind op het Noordelijke Halfrond (NB) een afwijking naar rechts
- de wind op het Zuidelijk Halfrond (ZB) afwijking naar links

Slide 19 - Tekstslide

Afwijking: 
Altijd met de wind 
in de rug!

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

luchtdrukgebieden op aarde 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

De eerste minuten van de volgende video.....

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video