INTRO

Hoofdstuk 4: Werkt dat zo?
Hoofdstuk 4
Paragraaf 1
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4: Werkt dat zo?
Hoofdstuk 4
Paragraaf 1

Slide 1 - Tekstslide

Welk van de onderstaande begrippen ken jij (nog) niet?

Arbeidsovereenkomst, brutoloon, deeltijdbaan, nettoloon, tijdelijke baan, leidinggevend werk, uitvoerend werk, vacature, vaste baan, voltijdbaan, werkloos, wettelijk minimumloon, zelfstandige, zzp-er

Slide 2 - Open vraag

deeltijd baan
voltijd baan
werkgever
werknemer
vaste baan
Baan met een einddatum.  
Iemand die betaald werk doet voor een baas.
Je baas.
tijdelijke baan
Baan voor onbepaalde tijd.
Minder dan 36 uur per week werken.
36 uur tot 40 uur per week werken.

Slide 3 - Sleepvraag

hoe kun je op de arbeidsmarkt op zoek naar werk​?
timer
1:00
A
door te solliciteren
B
reageren op een vacature
C
ergens naar binnen te lopen.
D
op internet zoeken

Slide 4 - Quizvraag

Wil jij geld verdienen?
Je hebt een baan nodig om geld te verdienen.

 

Om een inkomen te verdienen, kunt je als zelfstandige werken. Je hebt dan je eigen bedrijf. De winst die je daarmee behaalt, is je inkomen. 

Een zelfstandige zonder personeel, noem je een ZZP-er.
Wil jij geld verdienen?

Slide 5 - Tekstslide

Arbeidsovereenkomst
De meeste mensen die werken zijn werknemer en zijn dus in loondienst.

Als je afspreekt om voor een werkgever te gaan werken, sluit je een arbeidsovereenkomst af. 

Wat staat er in een arbeidsovereenkomst?
  • Wat je gaan doen (functie)
  • Hoeveel uur je per week gaat werken
  • Hoeveel je daarmee gaat verdienen (bruto uurloon)

Slide 6 - Tekstslide

wat staat er in een
arbeidsovereenkomst?

Slide 7 - Woordweb


Vacature

Als je op zoek bent naar werk, kan je reageren op een vacature.

Slide 8 - Tekstslide

Brutoloon en Nettoloon
Brutoloon
Het loon dat je hebt afgesproken met je werkgever.

Het loon dat in je arbeidsovereenkomst staat is je brutoloon
Nettoloon
Het loon dat je ontvangt na in houding van loonbelasting en sociale premies.

Slide 9 - Tekstslide

Nettoloon berekenen
Mevrouw Reinders krijg €285o brutoloon. Er wordt €850 ingehouden op haar loon. Wat is haar nettoloon?


Brutoloon - inhouden = nettoloon

Slide 10 - Tekstslide

Charity werkt in een kledingwinkel en verdient hiermee €217 per maand. Haar werkgever houd €42,17 in.
a. Wat is haar brutoloon?
b. Wat is haar nettoloon?
Formule Nettoloon
Nettoloon = Brutoloon - inhoudingen
timer
2:00

Slide 11 - Open vraag

In je arbeidsovereenkomst staat je...
timer
1:00
A
nettoloon
B
brutoloon

Slide 12 - Quizvraag

Op je bankrekening ontvang je...
timer
1:00
A
nettoloon
B
brutoloon

Slide 13 - Quizvraag

Wettelijk minimumloon
Als jij (later) gaat werken dan heb je recht op het wettelijk minimumloon. Dit is het brutoloon wat je minimaal moet verdienen als je 21 jaar bent bij een voltijdbaan.

Ben je onder de 21 dan geldt het minimumjeugdloon.

Slide 14 - Tekstslide

Het minimumjeugdloon is een percentage van het wettelijke minimumloon.

Wat zou jij verdienen?
timer
2:00

Slide 15 - Open vraag

Raymond is 17 en werkt 12 uur per week als vakkenvuller.

Bereken hoeveel hij
per week verdient.
timer
2:00

Slide 16 - Open vraag

Vaste baan of tijdelijke baan?
Het grootste deel van de mensen heeft een vaste baan. Je hebt een contract voor onbepaalde tijd.

Het aantal flexibele banen neemt toe. Je hebt dan een uitzendbaan of een oproepcontract. Ook een tijdelijke baan wordt gerekend tot een flexibele baan

Slide 17 - Tekstslide

Deeltijdbaan


Ander woord: parttime baan​
Een niet volledige baan van minder dan 36 uur per week 
Voltijdbaan


Een volledige baan van 36 tot 40 uur per week 

Slide 18 - Tekstslide

Werkloos
Als je geen baan kunt vinden, maar wel wilt en kunt werken. Dan ben je werkloos.

Je moet je dan inschrijven bij het UWV. 

UWV
  • Bepaalt of jij recht hebt op een werkloosheidsuitkering
  • Probeert te helpen bij het zoeken naar een baan

Slide 19 - Tekstslide

Bij een vaste baan heb je een contract voor....
A
Bepaalde tijd
B
Onbepaalde tijd

Slide 20 - Quizvraag

Een deeltijd baan is een baan waarbij je
A
meer dan 36 uur per week werkt
B
minder dan 36 uur per week werkt

Slide 21 - Quizvraag

Aan de slag
Wat: Maken INTRO H4
Wie: Individueel
Hoe: Stilte (mits je een vraag hebt)
Vraag?: Stel hem eerst aan je buurman/buurvrouw
Tijd: 15 minuten

Klaar: Vraag mij voor de volgende opdracht

Slide 22 - Tekstslide

Welk van de onderstaande begrippen heb jij deze les geleerd?

Arbeidsovereenkomst, brutoloon, deeltijdbaan, leidinggevend werk, nettoloon, uitvoerend werk, vacature, voltijdbaan, werkgever, werknemer, wettelijk minimumloon

Slide 23 - Open vraag