P4L7 - 2HC - Maandag - Lezen 4.3


Welkom 2HC






: )


Maandag

Planning van dit uur
  • SO Lezen bespreken 
  • Vragen repetitie 
  • Theorie Lezen 4.3
  • Individueel werken

Aan het einde van deze les
  • heb je herhaald hoe je een activerende tekst herkent;
  • heb je herhaald wat een tekstverband is;
  • heb je herhaald hoe je het tekstverband voor middel en doel kunt herkennen;
  • heb je herhaald hoe je het voorwaardelijk tekstverband kunt herkennen. 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les


Welkom 2HC






: )


Maandag

Planning van dit uur
  • SO Lezen bespreken 
  • Vragen repetitie 
  • Theorie Lezen 4.3
  • Individueel werken

Aan het einde van deze les
  • heb je herhaald hoe je een activerende tekst herkent;
  • heb je herhaald wat een tekstverband is;
  • heb je herhaald hoe je het tekstverband voor middel en doel kunt herkennen;
  • heb je herhaald hoe je het voorwaardelijk tekstverband kunt herkennen. 

Slide 1 - Tekstslide

SO Lezen bespreken
timer
5:00
Wat
SO Lezen bespreken
Hoe
Klassikaal
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt
Tijd
Ongeveer vijf minuten
Uitkomst
Deze leerstof komt terug op de repetitie 
Klaar
Hierna gaan we verder met de les

Slide 2 - Tekstslide

Vragen over leerstof repetitie

Slide 3 - Tekstslide

Tekstdoelen
  • informeren
  • overtuigen
  • amuseren
  • activeren - welk woord zit erin?

Slide 4 - Tekstslide

Tekstverbanden
tekstverband
signaalwoorden
opsommend
ten eerste, om te beginnen, ook, tevens, bovendien, daarnaast, niet alleen.... maar ook, verder, zowel... als, ten slotte 
tijdsvolgorde
eerst, intussen, terwijl, toen vervolgens, daarna, nadat, zodra, ten slotte
tegenstelling
maar, echter, evenwel, toch, daarentegen, integendeel, enerzijds .... anderzijds, daar staat tegenover
uitleggend
bijvoorbeeld, dat wil zeggen, met andere woorden, zoals 
redengevend
want, omdat, daarom, immers, namelijk 
concluderend
dus, dan ook, hieruit volgt, de slotsom is, concluderend
vergelijkend
net als, zoals, evenals
samenvattend
kortom, om kort te gaan, samenvattend, al met al
oorzaak/gevolg
doordat, zodat, daardoor, waardoor, met als gevolg
middel/doel
om te, met als doel, waarmee, daarmee
voorwaardelijk
als, indien, wanneer, mits, tenzij, behalve als

Slide 5 - Tekstslide

Tekstdoel 'activeren'
  • De schrijver wil de lezer tot actie aanzetten;
  • Vaak is informeren hierbij het tweede tekstdoel;

Voorbeelden: reclameboodschap, een advertentie, een pop-up op een website of uitnodigingsbrief.



Slide 6 - Tekstslide

Tekstverband voor middel en doel (nieuw)
Geeft aan dat je iets wil bereiken (doel) en wat je daarvoor nodig hebt (middel) 







Signaalwoorden van middel en doel: om te, met als doel, waarmee, daarmee 
           tekstgedeelte 1                           signaalwoord                  tekstgedeelte 2 
Om warm te blijven (= doel)                                                                                        doe ik een muts op. (= middel) 

Slide 7 - Tekstslide

Voorwaardelijk tekstverband (nieuw)
Geeft aan dat iets pas gebeurt als er aan een voorwaarde is voldaan







Signaalwoorden van middel en doel: als, indien, wanneer, mits, tenzij, behalve als, op voorwaarde dat 
           tekstgedeelte 1                           signaalwoord                  tekstgedeelte 2 
Ik kom morgen naar het feest                                                                            tenzij ik toch niet mag van mijn 
                                                                                                                                     ouders (= voorwaarde) 

Slide 8 - Tekstslide

Video bekijken
Als voorbereiding op de leestekst
Let op de kleding: wat zie je? Herken je trends van nu?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Individueel werken
Wat
Maak de Leestaak (opdracht 18 t/m 24 van 4.3 Lezen)
Hoe
Individueel, in stilte 
Hulp
Stel al je vragen als je er niet uitkomt, want ik ben er om te helpen
Tijd
Tot het einde van de les
Uitkomst
Deze leerstof komt terug op de testweektoets van hoofdstuk 4 en 5
Klaar
Werk aan je elevator pitch of boektok 

Slide 11 - Tekstslide

Samenvatting van de les
Jij
  • hebt herhaald hoe je een activerende tekst herkent;
  • hebt herhaald wat een tekstverband is;
  • hebt herhaald hoe je het tekstverband voor middel en doel kunt herkennen;
  • hebt herhaald hoe je het voorwaardelijk tekstverband kunt herkennen. 

Huiswerk
  • Maak de Leestaak (opdracht 18 t/m 24 van 4.3 Lezen)

    Slide 12 - Tekstslide