aimer, adorer, préférer, détester + le/la/l' & les

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Bonjour tout le monde!

Hebben wij zin in de les? :)

1. Tuurlijk
2. Altijd
3. Ja
4. Nee

Le programme

• Uitleg van grammatica: les verbes aimer, adorer, détester et préférer + lidwoord
• Maak opdrachten 
• Klaar? Herhalen apprendre 1, 2 en 3  & leren apprendre 4 

Lesdoel: aan het einde van deze les weet ik dat ik de bij werkwoorden aimer, détester, adorer et préferer een lidwoord moet toevoegen en kan ik dit toepassen.

Herhaling van regelmatige ww op -er

De meeste werkwoorden in het Frans eindigen op -ER. 

Bijvoorbeeld:

• danser
• travailler
• donner

Bijna al deze werkwoorden worden op dezelfde manier vervoegd. Dit noemen we de regelmatige werkwoorden. 

De stam

De stam maak je door -ER van het hele werkwoord  af te halen. Later plak je hier de uitgangen achter...

Bijvoorbeeld:

parler --> parl

danser --> dans

De uitgangen

Wat is de stam van het werkwoord 'chercher'?

Kies de juiste zin.
ww = AIMER

1. J'aime la musique.
2. Je aime la musique.
3. J'aimes la musique.
4. J'aiment la musique.

Kies de juiste zin.
ww = PARLER

1. Nous parles français.
2. Nous parlons français.
3. Nous parlent français
4. Nous parlez français.

Kies de juiste zin.
ww = REGARDER

1. Ils regardes le football.
2. Ils regardons le football.
3. Ils regardez le football.
4. Ils regardent le football.

Aimer, adorer, détester, préférer + le, la, l' & les

• Schrijf dit even in jouw schrift!

Ik heb een hekel aan = détester 

Ik ben dol op                 = adorer

ik heb liever                   = préférer

ik hou van                       = aimer

Aimer, adorer, préférer, détester + le, la, l' & les

• Na de regelmatige werkwoorden adorer, aimer, détester en préférer gebruik je in het Frans meestal le, la, l' of les
• In het Nederlands gebruik je hier géén lidwoord!

Voorbeeld: 

    Mijn ouders zijn dol op tennis       Mes parents adorent le tennis. 

Is er iets bijzonders aan de werkwoorden aimer, adorer, préférer en détester?

1. Nee
2. Weet ik veel
3. Ja
4. Zal mij niks verbazen

Na de werkwoorden adorer,aimer, détester en préférer gebruik je in het Frans .......

1. le, de, da, des
2. les
3. le, la, l' of les
4. l'

Is dit vrai ou faux?
Je préfère musique!

Vrai

Faux

Welke zin is juist?

1. Elle préfère le bus
2. Elle préfère l'bus

Vul de goede vorm in: Le - La - L' - Les

1. Tu aimes ........ français?
2. Claire déteste  ..............  histoire.
3. On déteste ......... maths.
4. J'adore ....... biologie.

Faire les exercices

Maak zelfstandig opdracht 16 = § 3.5

Ben je klaar? Herhaal & leer apprendre 5 U3

Tot slot: SOCRATIVE

ROOM NAME : MMEJONGSMA