Argumenteren - groepsopdracht

Dilemma op maandag
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Dilemma op maandag

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

1. Je leert feitelijke en waarderende argumenten te bedenken bij stellingen. 
2. Je leert onderschikkende (ondersteunende) argumenten te bedenken bij eerder gegeven argumenten. 
3. Je leert tegenargumenten + tegenargumenten op tegenargumenten te geven bij stellingen. 
4. Je leert argumenten en tegenargumenten in een tekst te verwerken. (groepsopdracht)

Slide 2 - Tekstslide

Dilemma op maandag

1. Je moet een keuze maken tussen twee vreemde zaken.
Bij een dilemma moet je in dit geval kiezen tussen twee slechte situaties en/of voorbeelden.
2. Onderbouw je keuze met 1 argument.

Slide 3 - Tekstslide

JE MAG ALLEEN NOG MAAR GALAKLEDING DRAGEN -OF- JE GAAT ALTIJD RECHTSTREEKS UIT JE BED DE DEUR UIT

Slide 4 - Tekstslide


Let op: bedenk geen tegenargument voor de andere keuze!

Bedenk een argument voor jouw keuze. 

Slide 5 - Tekstslide

JE MAG ALLEEN NOG MAAR GALAKLEDING DRAGEN -OF- JE GAAT ALTIJD RECHTSTREEKS UIT JE BED DE DEUR UIT

Maak een keuze en bedenk 1
argument:


timer
1:00

Slide 6 - Open vraag

Dilemma op maandag (2)

1. Je moet een keuze maken.
2. Onderbouw je keuze met 1 feitelijk argument.

Slide 7 - Tekstslide

KIEZEN: als je uitgaat kijken je ouders mee via een livestream -OF- je moet je vader bellen om toestemming te vragen om met iemand te zoenen

Slide 8 - Tekstslide


Tip: een feitelijk argument hoeft nu niet waar te zijn (zolang het maar te controleren is...) In een feitelijk argument zit geen mening. 

Slide 9 - Tekstslide

Maak een keuze en bedenk 1 feitelijk argument:

KIEZEN: als je uitgaat kijken je ouders mee via een livestream -OF- je moet je vader bellen om toestemming te vragen om met iemand te zoen
timer
1:00

Slide 10 - Open vraag

Dilemma op maandag (3)

1. Je moet een keuze maken.
2. Onderbouw je keuze met 1 waarderend argument.
In een waarderend argument zit eigenlijk ook weer een mening. 

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeelden
Het is spijtig dat president Trump is afgetreden, want hij heeft zo'n mooi kapsel. 

Groningen moet de nieuwe hoofdstad van Nederland worden, want het heeft de leukste kroegen en clubs van het hele land. 

Slide 12 - Tekstslide

 KIEZEN: JE MOET 1 UUR LINEDANCEN VOORDAT JE MAG ETEN – OF – JE MOET EEN MAAND LANG VERKLEED ALS PAARD UNDERCOVER OP EEN MANEGE DOORBRENGEN

Slide 13 - Tekstslide

Maak een keuze en bedenk 1 waarderend argument:


JE MOET 1 UUR LINEDANCEN VOORDAT JE MAG ETEN – OF – JE MOET EEN MAAND LANG VERKLEED ALS PAARD UNDERCOVER OP EEN MANEGE DOORBRENGEN
timer
1:00

Slide 14 - Open vraag

Bedenk nu een ondersteunend argument bij onderstaand argument:
Dit ondersteunende argument onderbouwt het hoofdargument. 
Je noemt dat een subargument.
Ik eet het liefst elke spin die ik zie, want spinnen zijn gezond

Slide 15 - Tekstslide

Ga je voor een feitelijk of een waarderend argument? 

Nogmaals: een feitelijk argument hoeft nu niet waar te zijn... als het maar te controleren is. 
Een waarderend argument is dus niet objectief.

Slide 16 - Tekstslide

Bedenk nu een ondersteunend argument bij onderstaand argument:


IK EET HET LIEFST ELKE SPIN DIE IK ZIE, WANT SPINNEN ZIJN GEZOND.
Kies zelf of je een feitelijk of waarderend subargument gebrujikt
timer
1:00

Slide 17 - Open vraag

Groepsopdracht
1. Jullie werken in groepjes van drie.
2. Kies een stelling uit de volgende 4 stellingen.
3. Bedenk bij de stelling:
- 3 argumenten voor (2 feitelijke argumenten en 1 waarderend argument)
- onderbouw 1 argument met een ondersteunend argument ( = onderschikkende argumentatie!)
-reageer op 1 voorargument met 1 tegenargument +  reageer met een tegenargument op het tegenargument.
4. Maak hier samen een mini-betoog van op papier!
5. Lever jullie betoogje in (op papier)



Slide 18 - Tekstslide

Stellingen
A Alkmaar moet de hoofdstad van Noord- Holland worden.

B. Tijdens een zombieapocalyps is het veiliger om (keuze maken) alleen / in een groep te reizen.

C.  Het moet strafbaar worden wanneer je op vrijdag geen bosje bloemen  meeneemt voor je  partner.

D, Arjen Robben moet de nieuwe coach van F.C. Meppel / Heracles / v.v. Staphorst / eigen keuze worden.

Slide 19 - Tekstslide