Massamedia hoofdstuk 4 (basis)

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Massamedia
Hoofdstuk 4
In het vorige hoofdstuk hebben we het gehad over kranten en tijdschriften.

In dit hoofdstuk hebben we het over televisie en radio. Er zijn veel soorten televisieprogramma's en je kunt altijd kiezen tussen verschillende zenders.

In deze les behandelen we de deelvraag:
  • Welke soorten televisie- en radiozenders zijn er?

Slide 2 - Tekstslide

Lees nu eerst Hoofdstuk 4
boek Massamedia
(blz. 24 en 25)

Hierna krijg je steeds uitleg met daartussen een paar vragen (de vragen zijn de gele slides).

Slide 3 - Tekstslide

Naar welke televisie- en radiozenders luister jij het meest?

Slide 4 - Open vraag

4 soorten tv- en radiozenders
1. Publieke omroep

2. Commerciële omroep

3: Regionale zenders en omroepen

4: Internationale zenders en omroepen

Slide 5 - Tekstslide


Publieke omroepen
Bijvoorbeeld: BNN. AVRO, TROS, VARA

Krijgen geld door:
  1. Lidmaatschapsgeld van hun leden
  2. Reclameopbengsten
  3. Subsidie van de overheid


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Waarom zijn er publiek omroepen?
A
Door reclames uit te zenden kunnen ze veel geld verdienen voor de regering.
B
Omdat de overheid wil dat mensen ook kunnen kijken naar informatieve programma's en cultuur.
C
Publieke omroepen zijn allemaal gekoppeld aan een politieke partij.
D
Publieke omroepen zijn op een ouder publiek gericht.

Slide 8 - Quizvraag


Commerciële omroepen
  • Krijgen geen geld van de overheid.
  • Hun hoofddoel = winst maken, want anders hebben ze geen geld.
  • Ze maken winst door zoveel mogelijk reclamespotjes te verkopen. Daarom zie je ook veel reclame bij deze zenders
  • Omdat ze geen geld krijgen van de overheid, hoeven ze zich ook niet aan regels van de overheid te houden. Ze mogen zelf weten wat ze uitzenden.
  • Ze letten steeds op kijkcijfers (= hoeveel mensen hebben naar een programma gekeken), want als er veel mensen naar een zender kijken, willen bedrijven daar reclames uitzenden.

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit waarom je meer reclame ziet op de commerciële zenders dan bij de publieke omroepen.

Slide 10 - Open vraag



Hierna volgt een sleepvraag.

Je ziet een aantal kenmerken van tv-omroepen en -zenders. Sleep het kenmerk naar: commercieel of publiek of naar allebei.

Slide 11 - Tekstslide

Commercieel
Publiek
Allebei
Krijgen geld van de overheid.
Krijgen inkomsten uit reclamegeld.
Maken winst.
Moeten zich houden aan de regels van de overheid.
Onderbreken programma's voor reclame.
Zenden vooral amusement uit.
Willen hoge kijkcijfers.

Slide 12 - Sleepvraag

Slide 13 - Tekstslide

Leg in je eigen woorden uit waarom de combinatie van commerciële zenders en publieke omroepen belangrijk is.

Slide 14 - Open vraag

Regionale zenders en omroepen
zenders voor een regio (= een bepaald gebied), brengen vooral plaatselijk nieuws, maar bijvoorbeeld ook een soap in de streektaal!
Bijvoorbeeld: Omroep Brabant

verdienen hun geld met reclame
of krijgen subsidie van de overheid.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Politie Breda haalt student van het dak.
A
Landelijk
B
Regionaal
C
Internationaal

Slide 17 - Quizvraag

U2 start met wereldtournee in New York en Berlijn.
A
Landelijk
B
Regionaal
C
Internationaal

Slide 18 - Quizvraag

Jasper S. bekent moord.
A
Landelijk
B
Regionaal
C
Internationaal

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

juist of onjuist?

Kijkcijfers zijn de getallen die zeggen hoeveel mensen naar een programma kijken.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quizvraag

juist of onjuist?

De Amerikaanse zender CNN maakt ook nieuwsprogramma’s voor Europa.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quizvraag

juist of onjuist?

Elke provincie heeft één regionale omroep.
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quizvraag

juist of onjuist?

Als je kijkt en luistert naar radio en tv, hoef je niet kritisch te zijn; op internet wel.
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

juist of onjuist?

Publieke omroepen krijgen ook geld van hun leden.
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quizvraag

juist of onjuist?

Regionale zenders krijgen meestal subsidie van de gemeente of provincie.


A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quizvraag

BNN wil tijdens de zomermaanden vooral Amerikaanse soaps uitzenden.

Dit is wel/niet toegestaan, omdat....

Slide 27 - Open vraag

De publieke omroepen zijn van plan om 40 procent van de programma's uit spelletjes te laten bestaan

Dit is wel/niet toegestaan, omdat:....

Slide 28 - Open vraag

Net5 zendt de helft van de tijd reclames uit, ook tussen de programma's door.

Dit is wel/niet toegestaan, omdat....

Slide 29 - Open vraag

De directeur van SBS6 wil niet dat er programma's over kunst en cultuur worden gemaakt voor de zender.

Dit is wel/niet toegestaan, omdat....

Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Tekstslide