3H Chapitre 1 ww -re herhaling

Werkwoorden op -re
(Herhaling)
In de présent en de passé composé
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Werkwoorden op -re
(Herhaling)
In de présent en de passé composé

Slide 1 - Tekstslide

Van welk werkwoord zijn dit de uitgangen (présent)?
-s | -s | - | -ons | -ez | -ent
A
fondre
B
avoir
C
arriver
D
être

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Noteer zoveel mogelijk regelmatige werkwoorden op -re

Slide 6 - Open vraag

répondre
attendre
entendre 
vendre
perdre
défendre
De werkwoorden op –RE :
verkopen
antwoorden
wachten
horen
verliezen
verdedigen

Slide 7 - Sleepvraag

Regelmatige werkwoorden 
op -re
Je
Tu
Il
Nous
Vous
Ils
s
s
-
ONS
EZ
ENT

Slide 8 - Sleepvraag

Noteer de stam van répondre

Slide 9 - Open vraag

Welke vorm is goed?
perdre (tu, présent)
A
tu perdes
B
tu perdres
C
tu perds
D
tu perdu

Slide 10 - Quizvraag

Zet in de présent: j' (entendre)
A
entendes
B
entends
C
entende
D
entens

Slide 11 - Quizvraag

Zet in de présent:

nous (attendre)
A
attendez
B
attendons
C
attendent
D
attendrons

Slide 12 - Quizvraag

FONDre: L'homme de neige fond
FONDre:
Le fromage est fondu

Slide 13 - Tekstslide

de passé composé (voltooide tijd):
tu (répondre)
A
tu répondu
B
tu réponds
C
tu as répondu
D
tu as réponds

Slide 14 - Quizvraag

Zet in de passé composé: vous (vendre)
A
avez vendu
B
vendez
C
vendu
D
avez vendez

Slide 15 - Quizvraag

Le personnel ... les bagages perdus.
A
a rend
B
ont rendu
C
rendu
D
a rendu

Slide 16 - Quizvraag

Les gens ... souvent leurs bagages à l'aéroport
A
perds
B
perd
C
perdez
D
perdent

Slide 17 - Quizvraag

Ik snap dit
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll