6.1 - Zintuigen

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Thema 6 - Waarneming en gedrag

Thema 6 - Waarneming en gedrag

LessonUp klas: rplzz

Online boek: 532446

Thema 6 - Waarneming en gedrag

6.1 - Zintuigen

6.2 - Het oog

6.3 - Gedrag

6.4 - Beïnvloeden van gedrag

6.5 - Sociaal gedrag bij dieren

6.6 - Gedrag bij mensen

6.1 - Zintuigen

Bladzijde 84

BiNaS: 87A, 87C2

Doelen van deze paragraaf

Je kunt de werking van zintuigen in relatie met het zenuwstelsel beschrijven

Je kunt de reactie van een zintuig op een adequate prikkel beschrijven

Je kunt de delen van het oog en hun functie beschrijven

Prikkels en motivatie

Prikkels: intern (honger, dorst) of extern (geur, licht, geluid)

Zintuigen registreren externe prikkels

Receptoren meten interne prikkels (voedingstoestand, temperatuur, etc.)

Homeostase: interne prikkels leiden tot gedrag om evenwicht te herstellen

Externe prikkels

• Prikkels van buiten het lichaam zijn bijvoorbeeld
   warmte, kou, druk, licht, smaak, geluidsgolven.
  

Interne prikkels

• Prikkels van binnen het lichaam zijn bijvoorbeeld   bloeddruk, lichaamstemperatuur, bloedsuikerspiegel.

Receptoren

Verschillende soorten receptoren

• Mechanische receptoren-> Druk-> Oor
• Chemische receptoren-> Smaakmoleculen-> Tong
• Temperatuurreceptoren-> Verschil in temp-> Huid
  
• Pijnreceptoren-> Extreme prikkel-> overal
• Lichtreceptoren-> Licht-> Oog

Verschillende receptoren

chemische

mechanische

tast

temperatuur

licht

pijn

Mechanische receptor

prikkeldrempel

Effecten van prikkels

Prikkel moet: 

- de juiste zijn voor de receptor (adequate prikkel)

- sterk genoeg zijn: boven prikkeldrempel

Sterkere prikkel --> hogere impulsfrequentie (impulssterkte altijd gelijk)

gewenning

Als de prikkel aanhoudt, dan zal er gewenning optreden

gevolg: drempelwaarde gaat omhoog, minder tot geen impulsen

De inwendige bouw van het oog

Bouw van het oog: binnenkant

Licht valt op

gele vlek,

veel zintuigcellen

Blinde vlek =

oogzenuw,

geen zintuigcellen

Vragen?

Aan het werk

6.1 - Opdracht 1 tot en met 15

Doelen van de paragraaf:

Je kunt de werking van zintuigen in relatie met het zenuwstelsel beschrijven

Je kunt de reactie van een zintuig op een adequate prikkel beschrijven

Je kunt de delen van het oog en hun functie beschrijven