Je logt straks eerst in via microsoft (dit doe je door op de link in de Teams-tegel te klikken), daarna staat de les klaar bij de klas
Dit is de laatste les Nederlands van het schooljaar!
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Voorbereiding L3 (3vwo)
Leg je laptop vast op tafel
Zorg dat je je tekst bij de hand hebt
Je logt straks eerst in via microsoft (dit doe je door op de link in de Teams-tegel te klikken), daarna staat de les klaar bij de klas
Dit is de laatste les Nederlands van het schooljaar!
Slide 1 - Tekstslide
Lees de tekst
Lees rustig de tekst, kijk eerst goed aan de hand van de plaatjes, de titel en de tussenkopjes waar het over gaat en wat je hierover al weet. Tijd: 10 minuten.
Klaar? Bedenk in je hoofd vast vragen die je bij dit artikel zou kunnen stellen.
Slide 2 - Tekstslide
Wat voor vragen stelt de interviewer vooral?
A
Begripsvragen
B
Interpretatievragen
C
Evaluatievragen
Slide 3 - Quizvraag
Heb je het idee dat de interviewer voor of tegen het veelvuldig inzetten van kunstmatige intelligentie in de rechtspraak is? Licht je antwoord toe (maximaal twee zinnen)
Slide 4 - Open vraag
Op welke eigenschap van KI-systemen slaat de titel?
Slide 5 - Open vraag
Waarom wil Van der Put “kleine stapjes” zetten bij de invoering van KI in de rechtspraak?
A
Omdat rechters bang zijn voor verandering.
B
Omdat de burger mee moet kunnen groeien met het systeem.
C
Omdat de techniek nog niet goed genoeg werkt.
D
Omdat het goedkoper is om langzaam te werken.
Slide 6 - Quizvraag
Leg in eigen woorden uit wat er wordt bedoeld met het 'risico op bevriezing van de rechtsontwikkeling' zie alinea 4 en de bijbehorende vraag)
Slide 7 - Open vraag
Wat vind jij, mag de burger de toepassing van KI ook weigeren? Geef minimaal 1 argument voor je antwoord
Slide 8 - Open vraag
Wat betekent 'jurisprudentie' (alinea 3). Let op, check even of het door jouw gekozen antwoord past in de context.
A
De verzamelde wetten van een land.
B
De uitspraken van rechters over eerdere, vergelijkbare zaken.
C
De regels die gelden in een rechtbank tijdens een zitting.
D
De opleiding tot rechter of jurist.
Slide 9 - Quizvraag
Waarom koos Van der Put voor onderzoek naar kunstmatige intelligentie in de rechtspraak?
A
Bespaart werk
B
Wordt als betrouwbaarder gezien door burgers
C
Is sneller
D
Past binnen de digitaliseringsstrategie
Slide 10 - Quizvraag
Bedenk 2 evaluatievragen die je zou kunnen stellen aan iemand die net deze tekst heeft gelezen.
Slide 11 - Open vraag
Gefeliciteerd, je hebt het eerste deel afgerond. Nu nog enkele theorievragen voordat jullie mij uitgebreid mogen komen bedanken voor het onwaarschijnlijk leerzame jaar.
Eerste vraag: Hoe noem je de tekststructuur waarbij de schrijver een bepaald verschijnsel uitlegt?
A
Probleem-oplossingsstructuur
B
Verleden-heden-(toekomst)structuur
C
Verklaringsstructuur
D
Vraag-antwoordstructuur
Slide 12 - Quizvraag
Een tekst met een voor- en nadelenstructuur eindigt vaak met een afweging en een conclusie.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Zie het oorzaak-gevolgschema onderaan je tekstblaadje. Recent hebben we de tekst gelezen over ontwikkelingen wat betreft fietsen, welke gevolgen zou je bij a. en b. kunnen noteren? Let op: check eerst het ingevulde voorbeeld, en zorg dat b logisch voortvloeit uit a. Je mag creatief zijn, maar het moet wel logisch zijn!
Slide 14 - Open vraag
Leren voor de toets
In SOM staat de toetsstof
Ik deel straks post-its uit (twee per persoon), op eentje schrijf je een top voor mij, op de andere een tip. Mag gaan over de manier van lesgeven, planning, enzovoorts.
Aan het einde van de les plak je die op het whiteboard.