Hoofdstuk 7 - politieke veranderingen in het bindingsvraagstuk

Hoofdstuk 7 - politieke veranderingen
in het bindingsvraagstuk.
§7.1 Casus: hoog water.
§7.2 Analyse: macht en politieke instituties.
§7.3 Theorie: paradigma's over macht.
§7.4 Ideologie: anarchisme, nazisme en conservatisme.
§7.5 Oplossing

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7 - politieke veranderingen
in het bindingsvraagstuk.
§7.1 Casus: hoog water.
§7.2 Analyse: macht en politieke instituties.
§7.3 Theorie: paradigma's over macht.
§7.4 Ideologie: anarchisme, nazisme en conservatisme.
§7.5 Oplossing

Slide 1 - Tekstslide

§7.1 Casus

Slide 2 - Tekstslide

§7.1 casus
Bladzijden
Opdrachten
Tekstboek
26
Werkboek 
21
1.1 t/m 1.6

Slide 3 - Tekstslide

§7.2 Analyse
Dijken en het collectieve actie probleem.
Hoogheemraden/waterschappen

Slide 4 - Tekstslide

§7.2 Analyse
Dijken en het collectieve actie probleem.

Slide 5 - Tekstslide

§7.2 Analyse

Slide 6 - Tekstslide

Mensen en organisaties met macht, ontlenen dit aan een machtsbron.
Welke machtsbronnen ken jij?

Slide 7 - Open vraag

§7.2 Analyse
Cognitieve machtsbron
Economische machtsbron
Affectieve machtsbron
Politieke machtsbron

Slide 8 - Sleepvraag

§7.2 Analyse

Slide 9 - Tekstslide

§7.2 Analyse
Bladzijden
Opdrachten
Tekstboek
26
Werkboek 
22 t/m 25
2.1, 2.3, 2.5, 4.2, 4.4

Slide 10 - Tekstslide

§7.3 Theorie
Paradigma's, conflict en samenwerking
Paradigma's
Rationele actor paradigma 


(conflict/actoren)
Conflict paradigma 



(conflict/structuren)
Sociaal-constructivisme paradigma

(consensus/actoren)
Functionalisme paradigma 


(consensus/ structuren)
Algemene betekenis
Samenleving bestaat uit mensen die hun eigen belangen nastreven (economisch denken).
Samenleving komt voort uit conflicten tussen mensen en groepen.
Samenleving komt voort uit denkbeelden en handelingen van individuele mensen. 
Samenleving is als een lichaam. Elk onderdeel heeft een functie en samen vormen één systeem.
Betekenis voor het concept macht
Mensen gebruiken macht in hun eigen belang. Om dit te temmen is er een machtige overheid nodig.
De strijd tussen machtigen en minder machtigen staat centraal en het verschil in macht verklaart conflicten.
De verwachting die mensen hebben van mensen met macht verklaar hun handelen.  
Macht is een functioneel onderdeel van de samenleving. Het reguleert het handelen van onderdelen van de samenleving op een positieve manier.

Slide 11 - Tekstslide

§7.3 Theorie
Bladzijden
Opdrachten
Tekstboek
31 t/m 33
Werkboek 
29
7.1 t/m 7.4

Slide 12 - Tekstslide

§7.4 Ideologie

Slide 13 - Tekstslide

Kunnen we nog zonder overheid?
Ja
Ik twijfel
Nee

Slide 14 - Poll

§7.4 Ideologie

Slide 15 - Tekstslide

§7.4 Ideologie
Bladzijden
Opdrachten
Tekstboek
34 t/m 36
Werkboek 
33 t/m 36
10.4, 10.5, 11.4, 12.2, 12.3, 

Slide 16 - Tekstslide

§7.5 Oplossing
Oplossing voor het free-rider probleem.

Slide 17 - Tekstslide

§7.5 Oplossing
Landbouwoverschot
Specialisatie
Ongelijkheid
Rijken strijden om land
Centralisering van macht
Belasting in ruil voor bescherming.
(Belasting) regels nemen toe.
Ontstaan van staten

Slide 18 - Sleepvraag

§7.5 Oplossing
Wanneer spreek je van een staat?



  • Groep mensen
  • Duidelijke grenzen
  • Gezag heeft geweld/belasting monopolie
  • Interne soevereiniteit (volk erkent gezag)
  • Externe soevereiniteit (staten erkennen gezag)

Slide 19 - Tekstslide

§7.5 Oplossing
Moderne staat is:
  • Gedepersonaliseerd (functie ipv persoon)
  • Geformaliseerd (macht is vastgelegd)
  • Geïntegreerd (omvang macht is gegroeid)

Slide 20 - Tekstslide

§7.5 Oplossing
Bladzijden
Opdrachten
Tekstboek
38 t/m 41
Werkboek 
37 t/m 41
13.2, 13.5, 15.1, 15.2, 15.3, 15.4, 15.5, 15.6

Slide 21 - Tekstslide