Economie H5 Rekenen

Rekenen hoofdstuk 5
Nog één keer alle rekenvoorbeelden:

Omzet =   afzet   x   verkoopprijs
Inkoopwaarde =   afzet   x   inkoopprijs
Brutowinst =   omzet   -   inkoopwaarde
Verkoopprijs =   inkoopprijs   x   brutowinst
Consumentenprijs =   verkoopprijs   +   btw
Arbeidsproductiviteit =   totale productie per periode   :   aantal werknemers


1 / 6
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 6 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Rekenen hoofdstuk 5
Nog één keer alle rekenvoorbeelden:

Omzet =   afzet   x   verkoopprijs
Inkoopwaarde =   afzet   x   inkoopprijs
Brutowinst =   omzet   -   inkoopwaarde
Verkoopprijs =   inkoopprijs   x   brutowinst
Consumentenprijs =   verkoopprijs   +   btw
Arbeidsproductiviteit =   totale productie per periode   :   aantal werknemers


Slide 1 - Tekstslide

Een bloemenwinkel verkoopt 500 tulpen in een week. Per tulp vraagt de winkel € 3,70 als verkoopprijs. Wat is de omzet van de winkel?

Slide 2 - Open vraag

De bloemenwinkel koopt de tulpen in voor € 1,90 per stuk. Wat is de inkoopwaarde bij een afzet van 500 tulpen?
A
€ 650,-
B
€ 950,-
C
€ 800,-
D
€ 750,-

Slide 3 - Quizvraag

Een fietsenwinkel heeft een omzet van € 85.000,- per jaar. De inkoopwaarde van de fietsen is € 28.500,-. Wat is de brutowinst voor de fietsenwinkel?

Slide 4 - Open vraag

De fietsenwinkel verkoopt een elektrische fiets voor € 1450,- exclusief btw. Het btw-tarief op elektrische fietsen is 21%. Bereken de consumentenprijs.

Slide 5 - Open vraag

Autofabrikant Ford maakt jaarlijks zo'n 160.000 nieuwe Ford Focus modellen. In de fabriek werken 320 medewerkers aan deze modellen. Wat is de arbeidsproductiviteit van 1 medewerker per jaar?
A
600
B
400
C
500
D
450

Slide 6 - Quizvraag