Les 14

T5_4 Argumentatieve vaardigheden
V5
Les 14

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

T5_4 Argumentatieve vaardigheden
V5
Les 14

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Wat weet je (nog)?
Uitleg [68], [69] en [70]
Zelfstandig werken
Een cadeautje!
Afronding

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je (nog)?
Uitleg [68] Basisschema's voor argumentatie

 [69] Argumentatieschema's

[70] Zuiver redeneren

Slide 3 - Tekstslide

Uitleg [68] Basisschema's voor argumentatie
Bij ingewikkelde meervoudige argumentatie is het handig om een schema te maken

Dit doe je om:
  • Een bestaande tekst te analyseren > hoe zit de argumentatie in elkaar?
  • Je voor te bereiden op het schrijven van een betogende tekst, of het voeren van een discussie of debat

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg [68] Basisschema's voor argumentatie
Dus: soms is er sprake van nevenschikkende en onderschikkende argumentatie, in die onderschikkende argumentatie is er weer sprake van nevenschikkende argumentatie, etc.

Voorbeeld: 'Zij is uitermate geschikt voor de baan (S), want ze heeft de goede opleiding gevolgd (HA1). Dat was een vereiste, omdat we in het verleden hebben gemerkt dat een andere opleiding niet goed aansluit bij het werk (SA1). Daarnaast is zij een vrouw (HA2) en wij willen per se ons aantal vrouwelijke werknemers vergroten (SA2). Bovendien heeft ze ervaring in de branche (HA3). Ze heeft namelijk twee jaar in een boekwinkel gewerkt (SA3) en ze heeft stagegelopen bij een uitgeverij.' (SA4)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

[69] Argumentatieschema's
Een argumentatieschema maakt duidelijk hoe standpunt en argumenten inhoudelijk
met elkaar samenhangen en welke signaalwoorden je nodig hebt

Voorbeeld: Mensen op een e-bike zouden een helm moeten dragen (S), want dat moeten
scooterrijders ook (A).
Wat zie je hier?


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

[70] Zuiver redeneren
Hierbij moet je de 'wetten van de logica' volgen > rekening houden met een logische redenering (bewering- stelling - conclusie)

Het geheel van standpunten en argumenten noemden we vroeger een redenering  nu een argumentatieschema 
Redeneringen = argumentatieschema

Argumentatieschema kenmerk-eigenschap is dus zuiver:
Marianne is eigenlijk nog een groot kind, KENMERK want het liefst speelt zij nog met haar barbie.

Niet zuiver bij bijvoorbeeld inzet drogreden onjuist beroep op een kenmerk/eigenschap



Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Uitleg Boekpromotie

Slide 18 - Tekstslide

Zelfstandig werken
1, 2, 3, 4 Lezen Blok 3
Maak 5 en 6 van Lezen Blok 3



Slide 19 - Tekstslide

Een cadeautje!
De Pagode van Gerrit Komrij

Slide 20 - Tekstslide

Afronding

Slide 21 - Tekstslide