3.4 Krachten in werktuigen GRT

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo
• Leerjaar 3

   3.4 Krachten in werktuigen

Wat gaan we doen vandaag?

• Uitleg paragraaf 3.4       
• Zelfstandig werken

 3.4 Krachten in werktuigen

Wat?: Lees 3.4 Krachten en werktuigen 

              (p. 154-157)

Hoe?: Klassikaal, in stilte

Spierkracht niet genoeg?

Gebruik een hefboom!

Wat is een hefboom?

Een draaipunt met een korte en een lange arm. 

Een last-arm en een werk-arm

        De hefboomregel = Evenwicht

Kracht op arm x   Lengte arm       =      Kracht op arm x Lengte arm 

                                                           F x l = F x l

 

De hefboomregel

Momentwet 

M_linksom =M_rechtsom

_{M = F × l}

F_l × l_l = F_r×l_r

_{Werkarm × werkracht = lastarm × lastkracht}

Even oefenen

Bepaal of deze hefboom in evenwicht is als alle gewichtetjes 50 gram wegen.

Nog even oefenen

Wat is het symbool voor de kracht?

1. M
2. F
3. f
4. r

Wat is de eenheid van de kracht?

1. F
2. N
3. m
4. Nm

Wat is de zwaartekracht van een voorwerp op aarde met een massa van 10 kg?

1. 9,8 N
2. 98 N
3. 980 N
4. Niet uit te rekenen met deze gegevens

De arm van een kracht is altijd gelijk aan de lengte van de balk.

1. Onjuist
2. Juist

Aan de slag!

Wat: Lezen en maken 3.4, in je boek NOVA 3A

Hoe: Je mag zachtjes samenwerken met je buurman of buurvrouw.

Wat niet af is, is huiswerk voor de volgende les.