stikstofquiz
1 / 40
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
vr 1 Stikstof is een gas dat je niet kunt zien of ruiken en die voorkomt in de lucht om ons heen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Vr 2. Stikstof is een schadelijke stof.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Vr 3. Hoe ontstaan stikstofoxiden?
Stikstofoxiden ontstaan door uitlaatgassen in het verkeer.
Stikstofoxiden ontstaan door uitlaatgassen in het verkeer.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Vr 4. Hoe ontstaat ammoniak?
Het grootste deel van de ammoniak in de lucht komt van fabrieken.
Het grootste deel van de ammoniak in de lucht komt van fabrieken.
A
waar
B
niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
vr 5. Als we nou alle stikstofoxiden en ammoniak in de lucht bij elkaar optellen, wie is dan de grootste vervuiler? Wie zorgt voor het grootste deel van alle stikstofoxiden en ammoniak bij elkaar?
A
verkeer
B
landbouw
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
vr 6. Als er te veel stikstofoxiden en ammoniak in de lucht zit, dan is dat slecht voor de natuur.
A
waar
B
niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
vr 7. Als er te veel stikstofoxiden en ammoniak in de bodem zitten, dan gaan alle planten dood.
A
waar
B
niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
vr 8. Te veel stikstofoxiden en ammoniak in de lucht en op de grond is ook slecht voor dieren.
A
waar
B
niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
vr. 9 Stikstofoxiden en ammoniak kunnen ook slecht zijn voor je gezondheid.
A
waar
B
niet waar
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
vr 10. Als we maximaal 100 kilometer per uur gaan rijden op de snelweg, dan is het probleem opgelost.
A
waar
B
niet waar
Slide 28 - Quizvraag
Slide 29 - Tekstslide
vr 11. Als we minder koeien, varkens en kippen houden in Nederland, dan lost dat een groot deel van het probleem op!
A
waar
B
niet waar
Slide 30 - Quizvraag
Slide 31 - Tekstslide
vr 12. Als je alle boerenbedrijven in Nederland bij elkaar optelt, dan hebben die samen bijna 114 miljoen dieren!
A
waar
B
niet waar
Slide 32 - Quizvraag
Slide 33 - Tekstslide
vr 13. Eten wij het vlees en de melk van al die dieren allemaal zelf op???
A
waar
B
niet waar
Slide 34 - Quizvraag
Slide 35 - Tekstslide
vr 14. Als iedereen minder vlees en zuivelproducten zou eten, dan helpen we daarmee de stikstofcrisis een beetje.
A
waar
B
niet waar
Slide 36 - Quizvraag
Slide 37 - Tekstslide
Vr 15. Vind jij dat je zelf minder vlees en zuivelproducten zou moeten eten?
A
waar
B
niet waar
