Woordformules

Regelmaat en woordformules
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Regelmaat en woordformules

Slide 1 - Tekstslide

Heeft deze tabel regelmaat?
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

Heeft deze tabel
regelmaat?
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quizvraag

Woordformule:
Kosten in € = 10 + 8 x aantal personen

Hoeveel moet je betalen als je 9 mensen uitnodigt?
(Vergeet dus jezelf niet mee te rekenen!)
A
82
B
162
C
90
D
180

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het begingetal in deze woordformule:
Bedrag = 7,50 + 1.25 x aantal
A
1,25
B
8,25
C
7,50
D
6,25

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het stijggetal in deze woordformule:
Bedrag = 1.25 x aantal + 8,25
A
1,25
B
8,25
C
9,50
D
7

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het begingetal in deze woordformule:
Bedrag = 1.25 x aantal + 8,25
A
1,25
B
8,25
C
9,50
D
7

Slide 7 - Quizvraag

Woordformule:
Beltegoed in € = 25 - 0,20 x bel-tijd in minuten

Noemen we 0,20 het stijggetal of het daalgetal?
A
stijggetal
B
daalgetal

Slide 8 - Quizvraag

begingetal - grafiek

Slide 9 - Tekstslide

stijggetal

Slide 10 - Tekstslide

daalgetal
Bij de hoogte van het sportvliegtuig
hoort de formule
hoogte (m) = 800 - 200 x tijd (minuten)
In de tabel vind je het begingetal onder de nul.
De grafiek begin op hoogte 800.
Per minuut gaat er 200 m af. De grafiek daalt.

Het getal 200 is het daalgetal.

Slide 11 - Tekstslide

beltegoed (€) = 25 - 0,20 x tijd (minuten)
0,20
25
staat er niet bij
begingetal
stijggetal
daalgetal

Slide 12 - Sleepvraag

kosten (€) = 11 + 5 x tijd (dagen)
11
5
staat er niet bij
begingetal
stijggetal
daalgetal

Slide 13 - Sleepvraag

tabel maken bij woordformule
inhoud (liters) = 250 - 0,25 x afstand (km)


afstand (km)
0
100
200
300
400
inhoud (liters)

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

blz. 162

Slide 16 - Tekstslide

Opschrijven met letter
inkomsten in € = 50 + 2 x tijd in uren

naar

inkomsten in € = 50 + 2t
t: tijd in uren

Slide 17 - Tekstslide

Theorie 
Woordformule: 

Formule met letters: 
Tijd in dagen is vervangen door de letter t (veranderd steeds) 


Wiskundige laten de x weg bij een formule met letters

Slide 18 - Tekstslide