Vaccineren

Vandaag: Wat doet een virus en hoe word je immuun?

Leerdoelen
Filmpje en uitleg
Opdrachten maken
Huiswerk

1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag: Wat doet een virus en hoe word je immuun?

Leerdoelen
Filmpje en uitleg
Opdrachten maken
Huiswerk

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les, kun je:
Uitleggen hoe een virus jou ziek maakt en zich vermeerdert
Uitleggen hoe je immuun kunt worden tegen een virus

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Video

Aantekening
Je lichaam herkent de antigenen (soort vlaggetjes) aan de buitenkant van virussen en bacteriën en weet dan dat die niet in je lichaam horen. Twee dingen gebeuren:
1. Macrofagen (vreetcellen) eten de virussen en bacteriën op
2. Antistofcellen gaan antistoffen maken die op de antigenen van de virussen en bacteriën gaan zitten waardoor virussen en bacteriën aan elkaar geplakt worden. Virussen kunnen daardoor bijvoorbeeld minder makkelijk cellen in.

Je wordt immuun doordat antistofcellen in geheugencellen veranderen die de bacterie of het virus onthouden. Hierdoor kunnen ze volgende keer dat je het virus of de bacterie binnenkrijgt heel snel antistoffen maken en word je niet ziek.

Slide 6 - Tekstslide

Welke witte
bloedcellen doen
hier hun werk?
A
Vreetcellen
B
Antistofcellen

Slide 7 - Quizvraag

Je bent immuun voor het coronavirus omdat je het al een keer gehad hebt. Een nieuwe variant ontstaat, en je krijgt het toch weer. Hoe kan dit?

Slide 8 - Open vraag

Opdrachten maken
Wat: Maak opdracht 1 t/m 4 van de verdiepen Griep
Hoe: Individueel
Hoe lang: 15 minuten
Hulp: Gebruik de tekst en stel vragen
Resultaat: Het wordt huiswerk

Slide 9 - Tekstslide

Vandaag: Hoe werkt vaccineren?

Leerdoelen
Nakijken
Filmpje + uitleg
Knipopdracht
Huiswerk

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les, kun je:
Uitleggen hoe jouw lichaam zich verdedigt tegen virussen en bacteriën
Uitleggen hoe een vaccinatie hierbij helpt

Slide 11 - Tekstslide

2

Slide 12 - Video

04:56
Hoe kun je meningokokkenziekte oplopen?

Slide 13 - Open vraag

06:32
Hoe kun je jezelf beschermen tegen meningokokkenziekte?

Slide 14 - Open vraag

Het eerste deel van de film over Felice geeft mij het volgende gevoel:

Slide 15 - Open vraag

Ik zou nog het volgende aan kinderarts Jan Peter Rake willen vragen:

Slide 16 - Open vraag

Hoe denk je over het meningokokkenvaccin? Als je een brief thuis zou krijgen om hem te gaan halen, zou je dat dan willen?

Slide 17 - Open vraag

Hoe kun je immuun worden?
Natuurlijke immuniteit: Je wordt ziek en hebt daarna geheugencellen
Kunstmatige immuniteit: Je krijgt een vaccin en hebt daarna geheugencellen

Slide 18 - Tekstslide

Hoe kun je immuun worden?
Wat: Maak opdracht 2 knippen en plakken
Hoe: Individueel
Hoe lang: 15 minuten
Hulp: stel vragen, denk terug aan het filmpje en de uitleg
Resultaat: Het wordt huiswerk

Klaar? Vraag om de antwoorden

Slide 19 - Tekstslide

Vandaag: Waarom is vaccineren zo belangrijk en hoe wordt een vaccin gemaakt?
Leerdoelen
Nakijken knipblad
Zelf informatie verzamelen
Huiswerk

Slide 20 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les, kun je:
Uitleggen hoe vaccins werken
Uitleggen hoe vaccins gemaakt worden
Waarom vaccins belangrijk zijn

Slide 21 - Tekstslide

Nakijken knipblad
Wat: Kijk de knipbladen na die je vorige keer gemaakt hebt
Hoe: Individueel
Hoe lang: 10 minuten
Hulp: Stel vragen
Resultaat: Je hebt deze kennis nodig voor de opdracht van deze les

Slide 22 - Tekstslide

Zelf informatie verzamelen
Wat en hoe:
In groepjes van 4 maak je onderdeel 1, 2, 3, 4 of 5
Na 20 minuten informatie zoeken vertelt iedereen kort wat zijn groepje gevonden heeft
Hoe lang: 30 minuten
Hulp: Internet en vragen stellen
Resultaat: Je moet na die 20 minuten alles weten, zodat je het aan andere groepjes kunt uitleggen

Klaar? Vraag om de antwoorden


Slide 23 - Tekstslide

Vandaag: Wat vinden andere mensen van vaccins en wat vind jij ervan?
Leerdoelen
Bespreken interview
Uitleg: hoe onderbouw je je mening?
Opdracht 5 maken
Huiswerk

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les, kun je:
Reflecteren op de mening van anderen
Je eigen mening vormen

Slide 25 - Tekstslide

Bespreken interviews
Wat: We bespreken kort de interviews met jullie ouders
Hoe: Via de lessonup en klassikaal
Hoe lang: 7 minuten
Hulp: Je schrift met antwoorden
Resultaat: We weten wat ouders er van vinden

Slide 26 - Tekstslide

Wat zijn jouw antwoorden op 1 t/m 6?

Slide 27 - Open vraag

Hoe onderbouw je een mening?
  • Als ik zeg: “ik vind de kleur rood stom” is dat dan een mening of een feit? Ben ik dan voor of tegen de kleur rood?

  • Is mijn mening nu duidelijk? -> Het is fijn als ik ook uitleg waarom ik dat vind -> Dat noem je argumenten 
  • Bijv:
  • Ik vind de kleur rood stom, omdat het zo fel is en pijn doet aan mijn ogen
  • Ik vind de kleur rood stom, want het past niet goed bij mijn huidskleur


Slide 28 - Tekstslide

Gras is groen
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 29 - Quizvraag

Schoolfeesten zijn leuk
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 30 - Quizvraag

Mensen die gevaccineerd zijn krijgen minder snel de ziekte waartegen ze gevaccineerd zijn
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 31 - Quizvraag

Schoolfeesten zijn leuk, want ik vind dansen leuk
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 32 - Quizvraag

Opdracht 5 maken
Wat: Maak opdracht 5
Hoe: Tweetallen
Hoe lang: 30 minuten
Hulp: Vragen stellen
Resultaat: Je kunt je eigen mening vormen
Klaar? Vraag om de antwoorden

Slide 33 - Tekstslide

Vandaag: Wat is jouw mening?
Leerdoelen
Mening geven en overleggen
Uitleg posteropdracht

Slide 34 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les, kun je:
Je eigen mening over vaccineren geven en onderbouwen 
Beginnen aan de posteropdracht

Slide 35 - Tekstslide

Jouw mening geven
Er komen zo vragen met stellingen. Kies uit of je voor of tegen bent en of dit vanuit je hersenen of hart (gevoel) komt.

Slide 36 - Tekstslide

Mensen die een vaccinatie weigeren zijn egoïstisch.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 37 - Quizvraag

Jongeren moeten vanaf hun 12e jaar zelf beslissen over vaccinatie.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 38 - Quizvraag

Scholen moeten alleen gevaccineerde leerlingen toelaten.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 39 - Quizvraag

Vaccinaties zijn overbodig voor jongeren want hun immuunsysteem is sterk genoeg.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 40 - Quizvraag

Jongens moeten ook de HPV-vaccinatie aangeboden krijgen.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 41 - Quizvraag

Mazelen krijgen is helemaal niet zo erg.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 42 - Quizvraag

Een meningokokkenvaccinatie is onnodig want de kans op meningokokkenziekte is klein.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 43 - Quizvraag

Vaccinaties maken je zieker dan de ziekte zelf.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 44 - Quizvraag

Iedereen moet de griepprik krijgen.

A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 45 - Quizvraag

Er moeten vaccinaties komen tegen alle ziektes.

A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 46 - Quizvraag

Infectieziekten maken je sterker.


A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 47 - Quizvraag

Het is onnatuurlijk om bij een vaccinatie dode of verzwakte ziekteverwekkers in te spuiten.

A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 48 - Quizvraag

Vaccinaties zijn overbodig omdat de meeste ziekten bijna niet meer voorkomen.
A
Voor - hart
B
Tegen - hart
C
Voor - hersenen
D
Tegen - hersenen

Slide 49 - Quizvraag

Posteropdracht

Slide 50 - Tekstslide