Quiz introductie

Meneer Kooijman
Docent wiskunde, H1, M2 en H2
p.kooijman@kshcollege.nl

Woonachtig in Mijdrecht
Hobby's: reizen, voetbal kijken, muziek en nog veel meer waarvoor ik eigenlijk geen tijd heb.
Vragen?


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Meneer Kooijman
Docent wiskunde, H1, M2 en H2
p.kooijman@kshcollege.nl

Woonachtig in Mijdrecht
Hobby's: reizen, voetbal kijken, muziek en nog veel meer waarvoor ik eigenlijk geen tijd heb.
Vragen?


Slide 1 - Tekstslide

Wie zijn jullie?
  • Naam en woonplaats
  • Van wie had je vorig jaar wiskunde?
  • Vind je wiskunde moeilijk of makkelijk?
  • Wat doe je ter voorbereiding aan een wiskunde proefwerk?
  • En alles wat je verder nog wilt vertellen

Slide 2 - Tekstslide

Regels in de klas
  • jassen niet in de klas 
  • geen petjes, capuchons of hoodies op 
  • koptelefoon en oortjes af/uit 
  • telefoon uit zicht (vakje, tas of broekzak) 
  • bij binnenkomst: Wiskunde op tafel en tas op de grond 
  • flesje water mag, geen andere dranken 
  • niet eten in de klas

Slide 3 - Tekstslide

Corona / COVID-19
  • wees voorzichtig met elkaar
  • respecteer de voorzichtigheid van iemand anders
  • spreek iemand netjes aan als hij of zij het even vergeet
  • spreek ook de docent aan als hij of zij het even vergeet (graag ook netjes)

Slide 4 - Tekstslide

Tips voor succesvol Wiskunde
  • vragen: stel ze gerust
  • werk netjes en schrijf ALTIJD je berekening op
  • controleer je antwoorden en verbeter in je schrift
  • doe zoveel mogelijk huiswerk in de les
  • met opletten en oefenen kom je een heel eind
  • als je het antwoord weet: handen en niet roepen
  • praat niet door de docent heen

Slide 5 - Tekstslide

Telefoon
Soms gebruiken we de telefoon in de les.

Voor de volgende slides heb je je telefoon nodig.
Download de app LessonUp of ga naar de website.
Vul zo meteen je eigen naam in op je telefoon zodat je herkenbaar bent.



Slide 6 - Tekstslide

Proefwerk
Op de volgende abeelding zie je van twee verschillende leerlingen het door hen gemaakte zelfde proefwerk. Wat goed en fout is staat er bij. Probeer in te schatten welk cijfer ze krijgen. Onthoud de naam bij het proefwerk. In het plaatje daarna kun je je antwoorden typen.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Welk cijfer heeft Henk (links) en
welk cijfer heeft Joop (rechts)?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Tips voor de brugklas
Iets fout opgeschreven:
Niet tussen haakjes zetten. Doorstrepen of correctiestift.
Vermenigvuldigen:
Zowel het teken x wordt gebruikt als het . teken
Hoofdrekenen:
Ben je niet zo goed in hoofdrekenen? Dan kan je toch best wel goed zijn in Wiskunde.

Slide 11 - Tekstslide

Wat is geen breuk?
A
B
C
D

Slide 12 - Quizvraag

Uitleg vorige vraag
  • A: breuk
  • B: beuk   (zonder r, dat is een boom)
  • C: breuk
  • D: (arm)breuk

Slide 13 - Tekstslide

Wat heb je bij je (1)
  • leerboek (deel 1 en/of deel 2) en werkboek
  • schrift (formaat A4, ruitjes 1 x 1 cm)
  • rekenmachine Casio fx-82EX
  • geodriehoek (niet buigzaam)
  • passer

Slide 14 - Tekstslide

Welk boek moet je meenemen, deel 1 of deel 2?
A
altijd beide delen
B
welke de leraar zegt
C
van welk hoofdstuk je bezig bent
D
maakt niet uit welke

Slide 15 - Quizvraag

Waarom een schrift met ruitjes van 1 x 1 cm?
A
dan kun je een lijn van 6 cm snel tekenen
B
dan kun je een assen-stelsel snel tekenen
C
die zijn goedkoper
D
dan kun je sneller een cirkel tekenen

Slide 16 - Quizvraag

Wat is waar over de buigzame en de harde geodriehoek?
A
veel leerlingen gaan een buigzame buigen
B
de buigzame is beter
C
de harde is beter
D
het puntje van de harde kan snel afbreken

Slide 17 - Quizvraag

Waar is een passer voor?
A
om een shirt te passen
B
om een cirkel te tekenen
C
om op de kinderen te passen
D
om het schoolbord uit te vegen

Slide 18 - Quizvraag

Wat heb je nog meer bij je (2)
  • pen
  • potlood grijs (normaal)
  • paar kleurenpotloden (bvb rood en blauw) of markers
  • puntenslijper
  • gum
  • niet verplicht, wel handig: correctiestift

Slide 19 - Tekstslide

Waarom al die potloden? Ik heb toch een pen?
A
alles met pen schrijven is ook maar saai
B
grafieken e.d. teken je met potlood
C
dezelfde dag heb je ook het vak tekenen
D
voor als je pen stuk is

Slide 20 - Quizvraag

Waarom ook kleurenpotloden?
A
alles met pen schrijven is ook maar saai
B
dat staat leuk in je etui
C
dezelfde dag heb je ook het vak tekenen
D
dat is handig bij grafieken tekenen

Slide 21 - Quizvraag

de uitkomst van
ligt tussen ...
23
A
2 en 3
B
3 en 4
C
4 en 5
D
5 en 6

Slide 22 - Quizvraag

Uitleg vorige vraag
3=9
4=16
5=25
6=36
2=4
23

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Vul je antwoord in.

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Waar gaan we mee beginnen?

Slide 27 - Tekstslide