Taal - Thema 2 - les 9

Taal - Thema 2 - les 9
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Taal - Thema 2 - les 9

Slide 1 - Tekstslide

Thema: Ziek zijn


Wanneer ga jij naar de tandarts?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel
Je leert woorden bij het thema ziek zijn.
Je leert dat je kunt raden wat een woord betekent als je een stukje van het woord kent.

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg
Weet je niet wat een woord betekent?
Soms ken je een stukje van het woord wel.
Je kunt de betekenis dan raden.

de dierenarts = dieren + arts
het lichtzwaard = licht + zwaard

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Als je ziek bent, voel je je...
A
verhoging
B
misselijk
C
niet lekker
D
thermometer

Slide 7 - Quizvraag

Je meet je temperatuur met..
A
verhoging
B
misselijk
C
niet lekker
D
thermometer

Slide 8 - Quizvraag

Heb je een beetje koorts?
Dan heb je...
A
verhoging
B
misselijk
C
niet lekker
D
thermometer

Slide 9 - Quizvraag

Als je buikgriep hebt, heb je diarree en ben je..
A
verhoging
B
misselijk
C
niet lekker
D
thermometer

Slide 10 - Quizvraag

Deze wisseltanden krijg je het eerst.
A
melktanden
B
voortanden

Slide 11 - Quizvraag

De tanden die je ziet als je lacht.
A
melktanden
B
voortanden

Slide 12 - Quizvraag

Een dokter voor je gebit.
A
huisarts
B
tandarts

Slide 13 - Quizvraag

De tandarts kijkt of je geen gaatjes hebt.
A
de controle
B
de verhoging

Slide 14 - Quizvraag

Als je gaatjes hebt, kun je er flink last van krijgen.
A
verhoging
B
kiespijn

Slide 15 - Quizvraag

De tandarts, wat vind je daarvan? Ga je vaak naar de tandarts of ben je juist bang voor de tandarts?

Slide 16 - Open vraag