HST 6 Hart en bloedvaten

Het hart en bloedvaten
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Het hart en bloedvaten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema
Module
TM
Week 1
Regels medicatie
VTH 7.2 en 7.3
Week 2
Werking medicatie
VTH 7.1
Week 3
Hart en bloedvaten
Anatomie
6
Week 4
Bloed 
6
Week 5
Herhaling/TM
6
Week 6
Ademhalingsstelsel
7
Week 7
Ademhalingsstelsel
Afweersysteem
7 en 9
Week 8
Afweersysteem
9
Week 9
Herhaling/TM
7 en 9

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen hart en bloedvaten
  • Je legt uit waar in het lichaam het hart zich bevindt.​
  • Je legt uit wat de grote en kleine bloedsomloop is. 
  • Je analyseert de werking van het hart en beschrijft de route welke het bloed aflegt door het hart.
  • Je onderscheid drie soorten bloedvaten in het lichaam en beschrijft de kenmerken ervan.
  • Je beschrijft hoe de bloeddruk werkt.



Slide 3 - Tekstslide

Iemand eigenaar maken van 1 leerdoel. Einde les leerdoel samenvatten
Opdracht
Placemat methode --> maak groepjes van 4 personen

Stap 1
Schrijf voor jezelf op wat je al weet over het hart. Zonder onderling overleg!

Stap 2
Overleg met elkaar wat jullie samen weten en maak een samenvatting. Schrijf deze in het midden op het vel.

timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ligging
Spier​ met zuig-perspomp​

Grootte = gebalde vuist​
In borstholte​
Tussen longen​
Links 





Slide 5 - Tekstslide

In rust trekt je hart zestig tot tachtig keer per minuut samen. 

Je hart ligt links in je borstholte, tegen de voorkant van je borst. Links en rechts van je hart liggen je longen. De onderkant van je hart ligt op je middenrif. 
Je hart ligt in het mediastinum. Dit is een centrale ruimte in je borstkas. Je mediastinum wordt gevormd door je borstbeen, middenrif, wervelkolom en longen.
Hartwand

Slide 6 - Tekstslide

Myocard infarct --> dikke lag spierweefsel, goed doorbloed

Pericarditis --> ontsteking van het hartzakje. Is stug bindweefsel, geeft stevigheid.
Opdracht
Vul het werkblad in van de anatomie van het hart

timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Uitprinten groot hart van werkblad voor klassiekaal bespreken: wat ligt waar? en functie
Differtentiatie: Degene met laag cijfer mag op internet informatie zoeken
vervolg
Kijk het filmpje en schrijf het volgende op:

  • Waar komt het zuurstof arme bloed het hart binnen? En via welke route verlaat het weer het hart?

  • Waar komt het zuurstof rijke bloed het hart binnen? En via welke route verlaat het weer het hart?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke volgorde stroomt het bloed door het hart?
A
linker boezem - linker kamer - rechter boezem - rechter kamer
B
rechter boezem - rechter kamer - linker kamer - linker boezem
C
rechter boezem - rechter kamer - linker boezem - linker kamer

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk gedeelte van het hart is de wand het dikst (meest gespierd)?
A
linker boezem
B
rechter kamer
C
rechter boezem
D
linker kamer

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hartkleppen zorgen
ervoor dat bloed
A
sneller stroomt
B
niet terugstroomt in de boezems
C
niet terugstroomt in de kamers
D
langzamer stroomt

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3 types bloedvaten: ​

Slagaders​
Haarvaten​
Aders 


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slagaders = arteriën
  • Bloed van hart naar organen ​
  • Hoge druk ​
  • Stevige dikke wand​
  • ‘Hartslag’ voelbaar door uitzetting​


Vb. aorta, longslagader ​





Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haarvaten = capillairen
Netwerk ​

Bij elk orgaan​
Zo dun als een haar ​
Uitwisseling zuurstof / voedingsstoffen / afvalstoffen ​
Bloed <--> weefsel 



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aders = venen
  • Dunne wand, breed vat ​
  • Soms met kleppen (armen / benen) ​
  • Bloed van organen => hart 


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloeddruk
  • Pompkracht hart en wijdte bloedvaten = Bloeddruk (tensie)

  • Onderdruk/diastolische waarde = wordt gemeten als het hart ontspant.
  • Bovendruk/systolische waarde = wordt gemeten als het hart samentrekt

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoge/lage bloeddruk

Normale bloeddruk = 120/80
Hypertensie = hoge bloeddruk, bovendruk hoger dan 140
Hypotensie = lage bloedruk, Vrouwen 100/60, mannen 110/70 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen hart en bloedvaten
Je kunt:
  • Uitleggen waar in het lichaam het hart zich bevindt.​
  • Uitleggen wat de grote en kleine bloedsomloop is. 
  • De werking van het hart beschrijven. ​
  • Drie soorten bloedvaten in het lichaam onderscheiden en de kenmerken ervan beschrijven.
  • Beschrijven hoe de bloeddruk werkt



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Placemat methode

Stap 3
Schrijf samen een samenvatting over het hart en de bloedvaten, mogelijk met nieuwe inzichten en kennis vanuit de les

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak uit TM HST 6 'bloed en bloedsomloop''
Opdracht 8, 10a/b, 11, 13, 14, 16a/b/c, 19

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies