P3 atomen en moleculen deel 2 (atoommodel)

Het atoommodel
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Het atoommodel

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Kennenlijst
  • Wat is een atoommodel
  • Wat is het atoomnummer en het massagetal
  • Wat zijn elektronen, protonen en neutronen
  • Hoe bereken je het aantal protonen, elektronen en neutronen
  • wat zijn isotopen

Slide 3 - Tekstslide

Kunnenlijst

Slide 4 - Tekstslide

Geschiedenis van atoommodel
'Is materie eeuwig deelbaar?'

Deze vraag stelden de eerste filosofen al rond 460 voor Christus. 


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Atoommodel

Slide 7 - Tekstslide

Rutherford
Dalton
Bohr
Negatief geladen elektronenwolk
Elektronen in schillen
Atoom is één massief deeltje

Slide 8 - Sleepvraag

Dus een atoom bestaat uit protonen, elektronen en neutronen, maar hoeveel?
Atoomnummer = aantal protonen = aantal elektronen
Massagetal = aantal protonen + aantal neutronen



Isotopen hebben een gelijk aantal elektronen en protonen, maar een verschillend aantal neutronen.

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld: chloor
Twee isotopen van chloor in de natuur: Cl-35 en Cl-37






Slide 10 - Tekstslide

Geef een beschrijving van een isotoop gebruik bij de beschrijving de begrippen atoomnummer en massagetal

Slide 11 - Open vraag

Ik heb twee deeltjes, deeltje A heeft 14 protonen en 16 neutronen.
Deeltje B heeft 15 protonen en 15 neutronen. Zijn dit isotopen van elkaar? Leg je antwoord uit

Slide 12 - Open vraag

Atoommodel van Bohr

Slide 13 - Tekstslide

0

Slide 14 - Video

Lithium in het periodiek systeem
Het atoommodel van lithium

Slide 15 - Tekstslide

Symbool
atoommassa
atoomnummer

Slide 16 - Sleepvraag

Even oefenen
Maak een tekening van de isotoop koolstof-13 volgens het atoommodel van Bohr. 


Slide 17 - Tekstslide

atoomnummer en massagetal
  • een atoom heeft evenveel protonen (+) als elektronen (-) als neutronen (0)
  • atoomnummer = aantal protonen
  • massagetal = protonen + neutronen
  • elektronen = atoomnummer - lading

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen het atoommodel volgens Rutherford en het atoommodel volgens Bohr?
A
Volgens Rutherford zitten protonen in een wolk om de kern heen. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in schillen.
B
Volgens Rutherford zitten neutronen in een wolk om de kern heen. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in schillen.
C
Volgens Rutherford zijn elektronen georganiseerd in schillen om de kern. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in een wolk.
D
Volgens Rutherford zijn elektronen georganiseerd in een wolk om de kern. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in schillen.

Slide 19 - Quizvraag

  • atoomnummer = aantal protonen (= aantal elektronen)

  • massagetal = aantal protonen + aantal neutronen

  • aantal neutronen = massagetal - atoomnummer

Slide 20 - Tekstslide

Isotopen

Slide 21 - Tekstslide

Wat is een isotoop?
A
zelfde atoom, andere massa
B
ander atoom, zelfde massa
C
zelfde atoom, ander atoomnummer
D
ander atoom, zelfde atoomnummer

Slide 22 - Quizvraag

Het atoomnummer is het zelfde als...
A
Aantal elektronen
B
Aantal neutronen
C
Aantal protonen
D
Aantal neutronen + protronen

Slide 23 - Quizvraag

Zoek op in het periodiek systeem
Het atoomnummer van koolstof
A
6
B
8
C
12
D
16

Slide 24 - Quizvraag

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 23. Hoeveel neutronen heeft natrium?
A
11
B
12
C
23
D
34

Slide 25 - Quizvraag

Zoek op in het periodieksysteem
Het atoomnummer van zuurstof
A
6
B
8
C
12
D
16

Slide 26 - Quizvraag

Een deeltje heeft 11 protonen, 12 neutronen en 10 elektronen. Wat is de lading van het deeltje?
A
1-
B
0
C
1+

Slide 27 - Quizvraag

Kennenlijst
  • Wat is een atoommodel
  • Wat is het atoomnummer en het massagetal
  • Wat zijn elektronen, protonen en neutronen
  • Hoe bereken je het aantal protonen, elektronen en neutronen
  • wat zijn isotopen

Slide 28 - Tekstslide

Kunnenlijst

Slide 29 - Tekstslide