Mavo 2 paragraaf 4.1

Vandaag
Uitleg paragraaf 4.1
Aan de slag
Afsluiting

Herinnering: maandag (13 december) SO hoofdstuk 3
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Vandaag
Uitleg paragraaf 4.1
Aan de slag
Afsluiting

Herinnering: maandag (13 december) SO hoofdstuk 3

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Je kunt uitleggen hoe je een gesloten stroomkring maakt
Je kunt het verschil tussen geleiders en isolatoren beschrijven
Je kunt een aantal geleiders en isolatoren noemen
Je kunt uitleggen op welke manier je de stroomsterkte meet
Je kunt beschrijven wat een elektrische stroom is

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis
Wie heeft wel eens een (elektrische) schok gekregen ?

Slide 3 - Tekstslide

Voor een stroomkring heb je nodig:
- een spanningsbron (hier de batterij)
- verbindingen (hier de snoeren)
- een apparaat (hier het lampje)

Slide 4 - Tekstslide

Geleiders en isolatoren
Geleiders geleiden elektrische stroom (en warmte) goed:
V.b.; alle metalen, koolstof, water met zout.

Isolatoren laten haast geen elektrische (stroom) en warmte door. 
V.b. Glas, rubber, plastic, hout.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

De stroomsterkte meten

Slide 7 - Tekstslide

De stroomsterkte meet je met een ampèremeter.

Tips aansluiten:
* grootste bereik eerst
* Plus spanningsbron op plus ampèremeter.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Omreken ampère/milliampère
Het symbool van stroomsterkte: I 
De eenheid: A 

1 A = 1000 mA
1 m A = 0,001 A

V.b Reken om      a) 3 A = .....mA         b) 200 mA =....A

Slide 10 - Tekstslide

Lees de ampèremeter af

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag
Maak opgaven 1 t/m 13

Denk eraan: maandag SO hoofdstuk 3!

Slide 12 - Tekstslide

1 Bij de ampèremeter begin je met het grootste bereik.
2 De plus v.d. voeding moet op de min v.d. ampèremeter
A
1 en 2 juist
B
1 juist
C
2 juist
D
geen juist

Slide 13 - Quizvraag

Als je plast tegen schrikdraad;
1 krijg je krijg je een gesloten stroomkring.
2 doe je dit daarna (gewoonlijk) nooit meer.
A
1 en 2 juist
B
1 juist
C
2 juist
D
allebei fout

Slide 14 - Quizvraag