Adverbs of frequency

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een werkwoord?

Slide 2 - Open vraag

Wat is een bijwoord van frequentie?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Hoe ga je te werk?
1.  zoek als eerst het zelfstandig werkwoord op.
2.  plaats dan het bijwoord van frequentie VOOR het werkwoord.
LET OP!
Als het werkwoord een vorm is van to be (am, are, is, was, were) dan staat het bijwoord van frequentie ACHTER het werkwoord.


Slide 5 - Tekstslide

Zet het bijwoord van frequentie (never) op de juiste plaats: she goes to the cinema.

Slide 6 - Open vraag

Zet het bijwoord van frequentie (always) op de juiste plaats: my mother wears a skirt.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Link

Slide 9 - Link

Zet het bijwoord van frequentie (often) op de juiste plaats: she is going to walk the dog.

Slide 10 - Open vraag

Het doel
Je weet wat een bijwoord van frequentie is en je weet hoe je het als basisregel moet toepassen en dat er een uitzondering.

Slide 11 - Tekstslide