Grammatica 4

Start lezen (10 minuten)
timer
5:00
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Start lezen (10 minuten)
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Grammatica 4

Slide 2 - Tekstslide

Vorige les
Persoonsvorm

Hoe vind je de persoonvorm?

Slide 3 - Tekstslide

Persoonsvorm?
In de lente groeien de bloemen weer volop in de tuin.

Slide 4 - Open vraag

Persoonsvorm?
Elk jaar wordt het in de lente langzaam warmer.

Slide 5 - Open vraag

Persoonsvorm?
De vogels zingen vrolijk in de ochtendzon.

Slide 6 - Open vraag

Persoonsvorm?
De lammetjes springen blij in de wei.

Slide 7 - Open vraag

Persoonsvorm?
Wij genieten van de langere dagen en het frisse groen.

Slide 8 - Open vraag

Lesdoel
Je kunt het onderwerp in de zin vinden

Slide 9 - Tekstslide

Onderwerp
Wie (of wat) + PV

Vaak een persoon, maar kan ook een dier of ding zijn



Slide 10 - Tekstslide

Oefenen
Do helpt elke woensdag haar moeder met de boodschappen.


PV =

O = wie(of wat) + PV

Slide 11 - Tekstslide

Persoonsvorm?
De zon schijnt vandaag heerlijk fel.

Slide 12 - Open vraag

Onderwerp: wie (of wat) schijnt?
De zon schijnt vandaag heerlijk fel.

Slide 13 - Open vraag

Persoonsvorm?
Mijn buurman maait elke zaterdag het gras.

Slide 14 - Open vraag

Onderwerp: wie (of wat) maait?
Mijn buurman maait elke zaterdag het gras.

Slide 15 - Open vraag

Maken
Cursus 5 grammatica: paragraaf 4 'onderwerp' : alle opdrachten

Slide 16 - Tekstslide

Start lezen (10 minuten)
timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

Vorige les
Onderwerp

Hoe vind je het onderwerp?

Slide 18 - Tekstslide

Wie (of wat) + WG

Slide 19 - Tekstslide

Persoonsvorm?
De vogels fluiten vrolijk in de vroege ochtend.

Slide 20 - Open vraag

Onderwerp?
De vogels fluiten vrolijk in de vroege ochtend.

Slide 21 - Open vraag

Persoonsvorm?
De zon schijnt steeds vaker en maakt de dagen warmer.

Slide 22 - Open vraag

Onderwerp?
De zon schijnt steeds vaker en maakt de dagen warmer.

Slide 23 - Open vraag

Persoonsvorm?
De kinderen spelen buiten in het zachte lenteweer.

Slide 24 - Open vraag

Onderwerp?
De kinderen spelen buiten in het zachte lenteweer.

Slide 25 - Open vraag

Maken
Werkboek blz. 204-205

Opdracht 1 t/m 5

Slide 26 - Tekstslide