fysieke distributie: hele traject van producten van producent tot aan eindgebruiker
activiteiten verschillen per traject
veelgebruikt onderscheid activiteiten:
transport
handling/opslag
overslag
groupage
degroupage
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
soorten kosten:
variabele kosten: hangen samen met de netto-omzet
vaste of contante kosten: onafhankelijk van de netto-omzet
directe kosten: direct gevolg van een product of dienst
indirecte kosten: niet direct gevolg van een product of dienst
Slide 4 - Tekstslide
Voorbeelden directe kosten :
Kosten voor de aanschaf van voorraden: kunnen direct aan de producten, de verkopen en aan de omzet worden toegewezen
Personeelskosten van de verkoopafdeling: kunnen direct aan een specifieke afdeling en eventueel ook aan producten, diensten en aan de omzet worden toegewezen
Machine voor massaproductie van één product: de afschrijvingskosten kunnen direct aan het geproduceerde goed en zo ook aan de omzet van dat product worden toegewezen
Specifieke factuur met verzendingskosten: de verzendingskosten vallen toe te wijzen aan het aangekochte product en via het aangekochte product dus ook aan de verkopen en aan de omzet