D. toets Hfst.2 Vermeerderen, telen en oogsten

Hoofdstuk 2 Vermeerderen, telen en oogsten
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
profiel groenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 Vermeerderen, telen en oogsten

Slide 1 - Tekstslide


Wat betekent dit pictogram?
A
Pas op, dodelijke stof!
B
Pas op, giftige stof!
C
Pas op, schadelijk voor de gezondheid!

Slide 2 - Quizvraag

Wat is goede stekgrond?
A
Stevige, watervasthoudende grond met veel voedingsstoffen
B
Stevige waterdoorlatende grond met weinig voedingsstoffen
C
Luchtige, watervasthoudende grond met veel voedingsstoffen
D
Luchtige, waterdoorlatende grond met weinig voedingsstoffen

Slide 3 - Quizvraag

Een klimaatcomputer in een kas meet ook de hoeveelheid wind buiten. Waarom is dat?
A
Zodat de computer kan reageren als het te warm wordt in de kas
B
Zodat de computer kan reageren als het te koud wordt in de kas
C
Zodat de computer kan reageren als de ramen dreigen stuk te waaien
D
Zodat de computer kan reageren als de planten dreigen stuk te waaien

Slide 4 - Quizvraag

Hoe zaai je zonnebloempitten op een perceel?
A
machinaal breedwerpig zaaien
B
handmatig breedwerpig zaaien
C
handmatig op rijen leggen
D
machinaal op rijen leggen

Slide 5 - Quizvraag

Waar slaat de aardappel zijn reservevoedsel op?
A
In de bloemen
B
In de bladeren
C
Aan de ondergrondse uitlopers
D
Aan de bovengrondse uitlopers

Slide 6 - Quizvraag

Noem de 5 groeifactoren van een plant.

Slide 7 - Open vraag

Wat ontstaat er tijdens de fotosynthese?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Water
D
Warmte

Slide 8 - Quizvraag


Wat doet de plant met koolstofdioxide?
A
Dit geeft de plant af aan de lucht tijdens de fotosynthese
B
Dit neemt de plant op via huismondjes tijdens fotosynthese
C
Niets. Net als de mens kan de plant er niet van leven
D
Dit slaat de plant op als reservevoedsel

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn vegetatieve vermeerderingstechnieken?
A
Stekken, afleggen en zaaien
B
Zaaien, afleggen en scheuren
C
Stekken, scheuren en afleggen
D
Oculeren, zaaien en scheuren

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer oogst een kweker zijn gewas handmatig?
A
Als de producten kwetsbaar zijn
B
Als de producten stevig zijn
C
Als het regenachtig weer is
D
Als ze op grote percelen staan

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een belastende houding?
A
Iets pakken waar je goed bij kunt
B
Een uur lang zware kistjes op een Deense kar zetten
C
Bollen pellen aan een tafel

Slide 12 - Quizvraag


Waarom is het verstandig een product te koelen na de oogst en tijdens het vervoer?
A
Zo kun je de luchtvochtigheid hetzelfde houden
B
Zo voorkom je dat de producten gaan ruiken
C
Zo krijgen micro-organismen minder kans zich te ontwikkelen

Slide 13 - Quizvraag

Welke elementen zijn het belangrijkste bij het bewaren van een product?
A
luchtvochtigheid en koolstofdioxidegehalte in de ruimte
B
temperatuur, hoeveelheid licht en luchtvochtigheid
C
stapelmethode, temperatuur en hoeveelheid zonlicht

Slide 14 - Quizvraag

Sleep het juiste woord naar het goede vak.
Vegetatieve vermeerdering
Generatieve vermeerderig
stekken
zaaien
scheuren
afleggen
enten

Slide 15 - Sleepvraag

Succes met de toets !
afleggen

Slide 16 - Tekstslide