1THA (maandag 2-12)

Bonjour!
Mardi, le 3 décembre

Comment ça va?
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bonjour!
Mardi, le 3 décembre

Comment ça va?

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
Wat hebben we in de vorige les gedaan?

Slide 2 - Tekstslide

  • Herhaling bron D
  • Oefenen met bron D
  • Aflsuiten bron D🎉
  • ...

Slide 3 - Tekstslide

Les buts
Aan het einde van deze les...
  • Ken je de uitgangen per persoon bij de regelmatige werkwoorden op -er 
  • Ken je het verschil bij het gebruiken van de apostrof bij klinkerbotsingen en de stomme h
  • Heb jegeoefend met het toepassen van een stappenplan bij de opdrachten uit het werkboek
  • Kun je het regelmatige werkwoord gebruiken bij de personen t/m ils/elles

Slide 4 - Tekstslide

Even herhalen...
Wat is de Franse vertaling van de volgende personen?
Ik
Jij
Hij 
Zij
Men / wij
Wij 
Jullie / u
Zij (👨🏽👨🏽)
Zij (👩🏼👩🏼)

Slide 5 - Tekstslide

Hoe zat het ook alweer?
Wat weten jullie nog van de vorige uitleg?


Hierna volgt het stappenplan 
STAM
Hele werkwoord

Slide 6 - Tekstslide

Stap 1
Bepaal het hele werkwoord.
Deze herken je aan -er aan het eind van het woord


Aimer, trouver, adorer, parler, donner


Slide 7 - Tekstslide

Stap 2
Haal -er  van het hele werkwoord af

Wat houd je dan over?

De stam!

Slide 8 - Tekstslide

Stap 3
Bepaal de juiste uitgang voor elk persoon
Je                                      +e
Tu                                      +es
Il                                         +e
Elle                                    +e
On                                      +e
Nous                                 +ons
Vous                                  +ez
Ils / elles                          +ent

Slide 9 - Tekstslide

Stap 4
Bepaal het persoon en plak de juiste uitgang aan de stam!






Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld
Je wil zeggen: 'ik praat'
  • Stap 1: Wat is het hele werkwoord? Praten = Parler
  • Stap 2: Haal -er  van het hele werkwoord. Parl... is nu de stam
  • Stap 3: Bepaal de juiste uitgang voor 'ik'

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld
Parler - er = parl...
Je krijgt een +e als uitgang

stam + uitgang 
Je parle
Ik praat

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld
Voorbeelden met donner  (geven):
Je donne =               ik geef
Tu donnes =             jij geeft
Il donne =                  hij geeft
Elle donne =             zij geeft
On donne =               men geeft / wij geven
Nous donnons =    wij geven
Vous donnez =        u geeft / jullie geven
Ils donnent =            zij geven (mannelijk meervoud) 👨🏽👨🏽👨🏽👨🏽👨🏽👨🏽 (of een groep mensen, mannen en vrouwen samen👩🏼👨🏽👩🏼👨🏽)
Elles donnent =       zij geven (vrouwelijk meervoud) 👩🏼👩🏼👩🏼👩🏼👩🏼👩🏼

Slide 13 - Tekstslide

Klinkerbotsing en de 'stomme h'

Slide 14 - Tekstslide

Les buts
Aan het einde van deze les...
  • Ken je de uitgangen per persoon bij de regelmatige werkwoorden op -er 
  • Ken je het verschil bij het gebruiken van de apostrof bij klinkerbotsingen en de stomme h
  • Heb jegeoefend met het toepassen van een stappenplan bij de opdrachten uit het werkboek
  • Kun je het regelmatige werkwoord gebruiken bij de personen t/m ils/elles

Slide 15 - Tekstslide

Vooruitblik
Wat gaan we in de volgende les doen?

Slide 16 - Tekstslide

C'est la fin

Slide 17 - Tekstslide