Par 2 - Wat is arm en rijk? (GYM)

Wat is arm en rijk?
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat is arm en rijk?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet hoe je de wereld kunt indelen in centrum ,semiperiferie en periferie. 
  • Je weet hoe je de economische activiteiten kunt verdelen in een aantal sectoren. 

  • Je weet hoe je de welvaart van een land kunt meten.
  • Je weet waarom het nadelig is om te kijken naar het bnp/hoofd als maatstaf voor ontwikkeling

  • Je begrijpt waarom de verdeling van de beroepsbevolking een aanwijzing voor de welvaart is. 
  • Je begrijpt hoe de verdeling van de beroepsbevolking verschuift wanneer de welvaart toeneemt.
  • Je kunt de juiste kaart in de atlas opzoeken.
  • Je kunt het bnp per hoofd van de bevolking uitrekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat zie je?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Welvaart meten
Om arm en rijk te vergelijken

Dit kan op 3 manieren:
> Meten van BNP
> Kijken naar VN-welzijnsindex
> Kijken naar Beroepsbevoling

Slide 8 - Tekstslide

Welvaart kun je berekenen
  • bnp per persoon
> Bruto National Product per inwoner of bnp/hoofd
> Alle inkomsten in een land / alle inwoners van het land

/

Slide 9 - Tekstslide

GB 55 - De wereld 259A Bruto nationaal product (bnp)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Opdracht 1:
Wat betekend bnp?

Slide 12 - Open vraag

Opdracht 2:
Wat bereken je met het bnp?

Slide 13 - Open vraag

VN-welzijnsindex
> BNP/hoofd x welzijn

> Welzijn:
- Levensverwachting
- Koopkracht
- Alfabetiseringsgraad

Slide 14 - Tekstslide

Welzijn meten
Niet goed om altijd naar inkomen te kijken om rijkdom te meten.

Welzijn zijn de levensomstandigheden van mensen in een land.


Slide 15 - Tekstslide

Welzijn 
  • Levensverwachting


  • Alfabetiseringsgraad


  • Koopkracht

Slide 16 - Tekstslide

GB55 285F Ontwikkeling samenstelling beroepsbevolking 1960-2012

Slide 17 - Tekstslide

GB55 262A Analfabetisme

Slide 18 - Tekstslide

GB55
89F Koopkracht ten opzichte van Nederland 

Slide 19 - Tekstslide

Beroepsbevolking
> Alle mensen die tegen betaling werken

3 sectoren
- Primair: landbouw, mijnbouw, visserij
- Secundair: industrie, ambacht, bouw
- Tertiair: handel, verkeer, overheidsdiensten, banken en verzekeringen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Verdelen op ontwikkelingsgraad
  • centrumlanden/koplopers
  • semiperiferie/volgers
  • Periferie/achterblijvers

Ontwikkelingslanden

Slide 22 - Tekstslide

BRIC-landen
> Semiperiferie

- Brazilië
- Rusland
- India 
- China

> Welvaart stijgt snel, veel rijke mensen, maar ook nog veel arme.

Slide 23 - Tekstslide

GB55 India 157F Mumbai: slums
GB55 India 156E Bruto regionaal product

Slide 24 - Tekstslide

GB55 Rusland 139D Werkloosheid
GB55 Rusland 138E Bruto regionaal product
GB 55 Rusland 139C Inkomens

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 3
Leg uit wat een meer ontwikkelde beroepsbevolking voor invloed kan hebben op de welvaart en welzijn van een land. 

Je mag hiervoor kaarten uit de atlas gebruiken.

Slide 26 - Tekstslide

Armoedegrens
GB 55 De wereld 262F Extreme armoede

Slide 27 - Tekstslide

Armoedegrens
Mensen die minder dan $1,90 per dag verdienen.

Om in basisvoorzieningen te voorzien.


Slide 28 - Tekstslide

GB55 De wereld 258C Inkomens en buitenlandse schulden

Slide 29 - Tekstslide

Opdracht 4:
In de laatste kaart (258C) zie je dat er in sommige landen veel armoede is en andere minder. Bedenk 2 oplossingen die kunnen helpen bij de vermindering van de armoede.
Leg ook uit waarom dit kan helpen.

Slide 30 - Open vraag

Doen
  • Maak de vragen in het filmpje en stuur ze naar je docent.

  • Maak de volgende opdrachten uit je werkboek: 1 - 3 - 5

  • Werken aan weektaak

Slide 31 - Tekstslide