LEV so lb. comm.

Wat is communicatie?
A
Praten met meerdere personen.
B
Het uitwisselen van informatie.
C
Het uitwisselen van informatie tussen meerdere personen.
D
Het uitwisselen van gebaren tussen meerdere personen.
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
LevensbeschouwingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Wat is communicatie?
A
Praten met meerdere personen.
B
Het uitwisselen van informatie.
C
Het uitwisselen van informatie tussen meerdere personen.
D
Het uitwisselen van gebaren tussen meerdere personen.

Slide 1 - Quizvraag

Welke 3 aspecten spelen een rol bij communicatie?
A
Gebaren, symbolen en rituelen.
B
Zender- boodschap- ontvanger.
C
Lb. comm. in het klein en in het groot.
D
Microfoon - luidspreker - woordvoerder.

Slide 2 - Quizvraag

Schrijf 2 vormen van communicatie op.

Slide 3 - Open vraag

lichamelijk contact
lichaamshouding
gebaren
gezichtsuitdrukking
dans en muziek
uiterlijk
symbolen en rituelen
een kus geven
tatoeages
onderuitgezakt op je stoel zitten
beschuit met muisjes trakteren

Slide 4 - Sleepvraag

Levensbeschouwelijke communicatie is communiceren over
A
de ruzie met je beste vriend
B
je nieuwe computergame

Slide 5 - Quizvraag

Lb. comm. in het klein is
A
het over niet belangrijke zaken hebben.
B
je huiswerk nakijken.
C
in een boek lezen over levensvragen.
D
met je vrienden praten levensvragen.

Slide 6 - Quizvraag

Lb. comm. in het groot is
A
met een grote groep mensen praten over levensvragen.
B
met je vrienden over grote levensvragen praten.
C
een boek lezen over milieuvervuiling.
D
aan je ouders om veel meer zakgeld vragen.

Slide 7 - Quizvraag

Lb. comm. in het klein. 
Lb. comm. in het groot. 

Slide 8 - Sleepvraag

We kunnen stellen dat levensbeschouwelijke communicatie leidt tot .......

Slide 9 - Open vraag

Respect betekent
A
dat je begrijpt dat iedereen anders is.
B
accepteren dat mensen verschillend zijn.
C
dat jij jezelf mag zijn van de ander.
D
dat je rekening houdt met anderen.

Slide 10 - Quizvraag

Selectief luisteren is
A
je kiest zelf naar welk programma je luistert.
B
dat je Oost-Indisch doof bent.
C
je hebt zelf geen keuze.
D
je hoort alleen wat je wilt horen.

Slide 11 - Quizvraag

autoriteitsargument
persoonsgebonden argument
ongegronde generaliseringen
normen ontlenen aan feiten
belangrijke persoon 
persoonlijke aanval
iedereen over één kam scheren
anderen doen       het ook

Slide 12 - Sleepvraag