tekst 18
Geef de comparativus van longus
1 / 35
Onderdelen in deze les
Geef de comparativus van longus
Slide 1 - Open vraag
Geef de superlativus van longus
Slide 2 - Open vraag
Wat is geen goede vertaling van longior?
A
langer
B
nogal lang
C
zeer lang
D
te lang
Slide 3 - Quizvraag
Welk woord gebruikt het Latijn voor 'dan' na een vergrotende trap?
Slide 4 - Open vraag
Welke naamval kun je gebruiken om in plaats van quam na een vergrotende trap?
A
gen.
B
dat.
C
acc.
D
abl.
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Lydiam dominus in forum ire iusserat.
Slide 7 - Open vraag
Acta diurna ibi legere debebat, deinde domum venire et domino nuntia enarrare.
Slide 8 - Open vraag
Dominus semper Lydiam mittebat, nam puella nuntia celerius quam servi alii legere poterat et facilius memoria tenere
Slide 9 - Open vraag
In via Lydiam servus vidit.
Slide 10 - Open vraag
Servus amphoram gravem portabat.
Slide 11 - Open vraag
Laete Lydiam salutavit. Dixit ea:
Slide 12 - Open vraag
Opdracht 42
Slide 13 - Open vraag
Opdracht 44 a
Slide 14 - Open vraag
Opdracht 44 b
Slide 15 - Open vraag
Opdracht 44 c
Slide 16 - Open vraag
'Salve, Arcas, onus grave portas!'
Slide 17 - Open vraag
'Ita est. Domino vinum emi,' Arcas respondit, 'facile autem graviora onera tollere possum.'
Slide 18 - Open vraag
Risit Lydia: 'Multo fortior es quam ego! Nonne fortissimus omnium es?
Slide 19 - Open vraag
Opdracht 46: regel 10 t/m 20
Slide 20 - Open vraag
Nonne ceteri servi te amant, quod tu semper onera gravissima eis portas?'
Slide 21 - Open vraag
Arcas negavit: 'Non omnes. Immo, nuper novum medicum dominus emit.
Slide 22 - Open vraag
Servus, nomine Agenor, vir pessimus est: hominem peiorem numquam vidit.
Slide 23 - Open vraag
Eum dominus emit maiores pretio quam omnes.
Slide 24 - Open vraag
Is ideo meliorem nobis se putat.
Slide 25 - Open vraag
Nos omnes contemnit, me magis autem quam cetereos servos.
Slide 26 - Open vraag
Omnium humillimum me putat, quod onera portare officium mihi est.
Slide 27 - Open vraag
r. 12: Nonne ceteri servi eis portas? Dit is een retorische vraag: een vraag waarop geen antwoord wordt verwacht.
a. Hoe blijkt uit het vervolg dat het logisch is dat zij geen antwoord op deze vraag verwachtte?
b. Citeer een tekstelement uit regel 14 t/m 21 waaruit blijkt dat ze het niet juist heeft ingeschat.
a. Hoe blijkt uit het vervolg dat het logisch is dat zij geen antwoord op deze vraag verwachtte?
b. Citeer een tekstelement uit regel 14 t/m 21 waaruit blijkt dat ze het niet juist heeft ingeschat.
Slide 28 - Open vraag
Quondam in sermone cum servis aliis dixit: "Ego puto..."
Slide 29 - Open vraag
Agenor me interpellavit acerrima voce:
Slide 30 - Open vraag
"Putas? Nihil tu putare potes, iumentum humanum!
Slide 31 - Open vraag
Num cogitant muli?
Slide 32 - Open vraag
Etiam litteras legere difficilius tibi est!"
Slide 33 - Open vraag
Omnes riserunt.
Slide 34 - Open vraag
Domino quidem de verbis Agenoris narravi, sed is haud mihi credidit, nam neminem Agenore fidiorem putat.
