Lichtstraal (beeld) valt binnen in je oog door klein gaatje -> PUPIL
Beeld valt op het netvlies.
Beeld gaat via de oogzenuw naar de hersenen.
Slide 9 - Tekstslide
Dit is een dun vliesje rond het oog. Het beschermt het oog.
De iris is het gekleurde deeltje van je ogen. Dit geeft dus de kleur aan je ogen. Bruin, blauw, groen, grijs, ... De iris kan je pupil kleiner of groter maken.
Via de oogzenuw worden de beelden naar de hersenen gestuurd.
Hier worden de beelden gebundeld die via de pupil je oog binnen komen. Je kan dit het best vergelijken met de glazen van een bril.
Als de beelden je oog zijn binnen gekomen via de pupil en de ooglens, vormen zij een beeld op het netvlies. Van hieruit worden de beelden via de oogzenuw naar de hersenen gestuurd.
Dit is het zwarte gedeelte van je oog. Via dit gaatje komen beelden je oog binnen. Je pupil kan groter of kleiner worden. Als er veel licht is, wordt je pupil veel kleiner. (Bij katten kan je dit heel duidelijk zien)
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Oren om te horen
Oren vangen geluidstrillingen op.
Geluidstrillingen laten het trommelvlies trillen.
Signalen worden naar de hersenen gestuurd via gehoorszenuwen.
Slide 12 - Tekstslide
Geluiden worden opgevangen door de oorschelp en gaan door de gehoorgang.
De geluiden (trillingen) die door de gehoorgang zijn gegaan, botsen tegen het tromelvlies. Dit vlies begint te trillen.
De 3 gehoorsbeentjes (hamer, aambeeld en stijgbeugel) geven de trillingen door aan het slakkenhuis.
Het slakkenhuis is gevuld met vloeistof en ontvangt de trillingen van de 3 gehoorsbeentjes. Van hieruit vertrekken de gehoorszenuwen.
Via de gehoorszenuwen worden de signalen naar de hersenen gestuurd.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Een neus om te ruiken
De neus vangt geurstoffen op.
Geurstoffen komen bij het reukslijmvlies.
Signalen worden naar de hersenen gestuurd.
Slide 15 - Tekstslide
De reukzenuw
De reukcellen geven de informatie door aan de reukzenuw. Deze zendt alles door naar de hersenen.
De hersenen
Zij ontvangen alle informatie van de zenuwen.
De reukcellen
De geurstoffen belanden om het reukslijmvlies. Dit reukslijmvlies bestaat uit miljoenen reukcellen. Zij geven de informatie door aan de reukzenuw.
De neusholte met ingeademde lucht
De lucht zit vol geurstoffen. Via de neusgaten komt deze in de neusholte terecht. Die geurstoffen komen hier op het neusslijmvlies terecht.
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Een huid om te voelen
De huid voelt warmte, koude, pijn en druk.
Huid beschermt tegen invloeden van buitenaf.
De haartjes werken als voelsprieten.
Het grootste orgaan van het lichaam.
Slide 18 - Tekstslide
De haartjes
Ze werken als een soort van voelsprieten.
Ze zijn ook een soort van isolatie.
De zenuwen
De zenuwen geven de informatie door aan de hersenen.
De tastlichaampjes
In onze huid zitten heel veel verschillende soorten tastlichaampjes. Die geven informatie over warmte, koude, druk, pijn, ... De tastlichaampjes zijn verbonden met de zenuwuiteinden.
De zenuwuiteinden
De zenuwuiteinden zijn verbonden met de tastlichaampjes, zij geven de via de zenuwen alle informatie door.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Verschillende kleuren
De huid heeft niet altijd dezelfde kleur. Bij sommige mensen is die bruiner dan bij andere mensen. In je huid zit een bruine kleurstof. Die stof noemen we melanine
Er zijn mensen en dieren die geen melanine hebben. We noemen hen albino's
Slide 21 - Tekstslide
Een tong om te proeven
De tong heeft duizenden smaakpapillen.
Smaakpapillen detecteren smaken.
Samenwerking met de neus voor volledige smaakbeleving.
