4.2 Clovis en leenheren

welkom
leerdoelen 4.1
Leerdoelen 4.2
uitleg
zelfstandig werken
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

welkom
leerdoelen 4.1
Leerdoelen 4.2
uitleg
zelfstandig werken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je kunt beschrijven hoe de economie in de vroege middeleeuwen in West-Europa veranderde en die veranderingen verklaren.
Je kunt beschrijven hoe een middeleeuws domein eruitzag.
Je kunt uitleggen hoe het hofstelsel werkte en welke plaats horigen in dat stelsel hadden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je kunt beschrijven hoe het Frankische Rijk ontstond.
Je kunt uitleggen hoe het leenstelsel werkte.
Je kunt uitleggen welk gevolg het leenstelsel had voor het bestuur in Europa.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zonder christendom geen rijk

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Franken
  • Het machtigste Germaanse volk met  verschillende stammen
  • Koning Clovis, uit familie Merovingen werd heerser over alle Franken.
  • Clovis laat zich dopen tot Christen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Clovis
465 - 511
  • Rond 500 werd het Frankische rijk machtig onder leiding van Koning Clovis.
  • Clovis dwingt al zijn onderdanen om Christen te worden.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekering Clovis
Voordeel Clovis:​
  • Steun bevolking (respect voor christendom)​
  • Geestelijken konden besturen (lezen en schrijven)​

Voordeel kerk:​
  • Clovis verspreidde het christendom​
  • Militaire bescherming kerk tegen plunderende volken​


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Karel de grote
Werd gekroond tot keizer van het Heilig roomse rijk.
Opvolger volgens de paus van de Romeinse keizer.
Hielp de paus weer terug naar Rome (was weggejaagd)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Werken
Lezen
4.2
Maken
4.2
Hoe
Tweetallen
Tijd
10
Klaar
Leerdoelen opdracht
Resultaat
Klassikaal nakijken
Atlas
Overslaan
timer
15:00

Slide 11 - Tekstslide

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

De leenman
De leenheer:
Karel de Grote
Het leen (de grond) dat de leenman 'in leen' krijgt.
De vier plichten van een leenman:
  • Hij moest trouw zweren aan de koning; 
  • Hij moest zijn gebied besturen en er recht-spreken;
  • Hij moest jaarlijks belasting aan de koning betalen; 
  • Als er oorlog was in het Rijk, moest hij met zijn eigen soldaten meevechten in het leger van de koning.
De leenman zweert trouw aan zijn leenheer, Karel de Grote.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hier staat Karel samen met een leenman, Het is een soort stripverhaal. Sleep jij de teksten naar de juiste plek?
Ik ben Karel
Ik ben een vazal
Dit is het leen
Ik zweer trouw

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies


Franken, Saksen en Longobarden....maar waar leefden ze eigenlijk?
A
Franken = Duitsland Saksen = Italië Longobarden = Frankrijk
B
Franken = Frankrijk Saksen = Duitsland Longobarden = Italië
C
Franken = Duitsland Saksen = Frankrijk Longobarden = Italië
D
Franken = Frankrijk Saksen = Italië Longobarden = Duitsland

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Het leenstelsel

  • Karel de Grote kon zijn land niet alleen besturen.
  • Daarom kreeg hij hulp van vazallen: mannen die met hem meevochten

  • Zijn trouwste vazallen kregen als beloning ieder een gebied in leen. 
  • Zij mochten dit namens hem besturen: zij werden zijn leenmannen.
  • Het leenstelsel heet ook wel: feodalisme

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Karel gaat op oorlogspad tegen:
  • Saksen
  • moslims in Spanje
  • Avaren (ruitervolk)
  • Longobarden (hielp Paus)
Hij werd daarom door Paus in 800 tot keizer gekroond

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Het Frankische Rijk valt uiteen

  • Het rijk werd na de dood van Karel de Grote en zijn zoon Lodewijk de Vrome steeds meer verdeeld en verdeeld en verdeeld...
  • De edelen die deze gebieden bestuurden, 'vergaten soms maar even' dat zij dit gebied offcieel nog steeds in leen hadden van hun leenheer!

  • Of ze leenden het weer verder uit aan achterleenmannen...

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een goed voorbeeld
van een leenstelsel?
A
De koning bestuurt zijn land helemaal in zijn eentje.
B
De koning heeft ministers die hem advies geven over het bestuur van zijn land.
C
De koning heeft niets te zeggen over het bestuur van zijn land.
D
De koning heeft zijn land in twintig stukken verdeeld. Ieder stuk wordt bestuurd door een vriend van hem.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie wordt in 768 keizer van het Frankische rijk?
A
Pepijn de Korte
B
Karel de Grote
C
Clovis
D
Nero

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom kan Karel de Grote het Rijk niet alleen besturen?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom ontstaat er onrust rond de 7e eeuw in het Frankische rijk onder de Merovingen?


Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom wil Karel de Grote de Saksen overwinnen en hoe doet hij dit?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke plicht heeft een leenman?
A
Hij moet in zijn gebied doen waar hij zin in heeft.
B
Hij moet elke ochtend bijtijds opstaan.
C
Hij moet trouw beloven aan zijn leenheer.
D
Hij moet delen van zijn gebied doorlenen aan onderleenmannen.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie was de eerste Koning van de Karolingen en zetten de Merovingen af?
A
Karel de Grote
B
Pippijn de Korte
C
Clovis
D
Augustus

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies