¡Vamos! Spaans leren voor jouw werk in de zorg

• Spaans
• MBO
• Studiejaar 2

Spaans voor de zorg

¡Bienvenidos a todos!

Programma deze lessenserie

Les 1: Woordenschat uitbereiden

Les 2: Vraagwoorden leren + luistervaardigheid

Les 3: Schrijfvaardigheid + herhaling les 1&2

Les 4: Cultuur + leesvaardigheid

Les 5: Handige chunks + spreekvaardigheid

Les 6: Gesprekken voeren

Programa de hoy

- De leerdoelen

- Een taalquiz 

- De uitspraakverschillen

- Vocabulaire uitbereiden

- Een leesopdracht

- Evaluatie

Leerdoelen voor vandaag

- Aan het einde van de les weet jij wat we deze periode gaan doen in de lessen Spaans.

- Aan het einde van de kun jij 15 nieuwe woorden over jezelf en je familie correct schrijven en uitspreken.

- Aan het einde van de les kun jij een korte tekst in het Spaans lezen waarin iemand zichzelf en zijn familie voorstelt

Quiz: Wat weet jij over de Spaanse taal? 

In hoeveel landen is Spaans een officiële taal?

1. 5
2. 12
3. 21
4. 35

Noem één land buiten Spanje waar Spaans wordt gesproken

Welke letter spreek je in het Spaans niet uit?

1. H
2. J
3. V
4. LL

Wat betekent het Spaanse woord hospital in het Nederlands?

Hoe stel je jezelf voor in het Spaans

1. Yo soy Jelle
2. Me llamo Jelle
3. Mi nombre es Jelle
4. Alle antwoorden correct

Wat betekent het woord salud in het Nederlands

1. Ziek
2. Gezondheid
3. Medicijn
4. Dokter

Wat is het Spaanse woord voor tot ziens?

Spaans vs. Nederlans - Uitspraakverschillen

- Je spreekt alles uit wat je ziet, er zijn geen stille letters zoals in het Engels of Frans.

Uitspraakverschillen

Letter.      Uitspraak.

ch.            . als 'tsj'

h.               . wordt niet uitgesproken in het Spaans.

j.                . als 'g'

ll.               . als 'j'

ñ.               . als 'nj'

v.                . als een 'b'

Voorbeeld woorden: el chocolate, el hospital, el cirujano, la pastilla, España, el vendaje.

Vocabulaire in de zorg

We bekijken samen:

- De betekenis van elk woord

- De uitspraak (we spreken ze samen uit)

Daarna ga je:

- Oefenen met het invullen van de woordzoeker
- Een eenvoudige zin bedenken met de nieuwe woorden (je mag je telefoon gebruiken)

Tip: Denk tijdens het leren en maken van de woordezoeker al aan situaties waarin je deze woorden kunt gebruiken op je stage.

Hoe pak jij straks de leesopdracht aan?

Leesstrategieën 

1.  Voor het lezen

- Goed naar de tekst en titel kijken

- Goed naar de plaatjes kijken
- Waar gaat de tekst over?

- Wat weet ik al?

2. Tijdens het lezen

- Ik lees de tekst, begrijp ik de tekst?

- Wat weet ik al? 

- Zie ik een moeilijk woord? Dan kijk ik in de woordenlijst

3. Na het lezen
Waar ging de tekst over?

Wat weet ik nu?

Leesopdracht: Wie is Marta? 

Wat ga je doen?

- Je leest een kort Spaans tekstje

- Er zijn 7 woorden uit het tekstje weggelaten

- Je kiest de juiste woorden uit de woordbank bovenaan

Tips: 

- Kijk goed naar de zinnen - herken je eenwoord dat lijkt op het Nederlands?

- Werk rustig en samen als dat helpt.

Tot slot:

- We bespreken de antwoorden samen in de klas

- We spreken de hele tekst hardop uit

Evaluatie

Zijn de leerdoelen behaald?

Wat is de betekenis van de volgende woorden?

la cita - el dolor - ayudar

Huiswerk

- leren --> vraagwoorden