Gedragsverandering les 2

Het ASE model
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het ASE model

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen deze les? 
Determinantenanalyse (ASE-model)
 
Waarom gedragen mensen zich zo?
Jullie gaan door middel van het ASE-model een nieuw beeld over het probleem krijgen, dit omzetten in een zeer gedetailleerd beeld over het probleem en ideeën ontwikkelen welke interventie jullie zouden moeten toepassen.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Slide 4 - Tekstslide

Externe variabelen
Factoren van buitenaf, niet echt beïnvloedbaar:

  • Geslacht
  • Leeftijd
  • IQ
  • Plaats binnen het gezin
  • Cultuur/afkomst

Welke invloed hebben deze externe variabelen mogelijk op het gebied van het gekozen onderwerp?


Slide 5 - Tekstslide

Attitude
Attitude betekent houding, in dit geval je houding ten opzichte van bepaald gedrag. Een attitude ontstaat door een afweging van voor- en nadelen die de persoon aan het gedrag verbindt.
 
Een attitude komt tot stand door ervaringen, heb je positieve ervaringen met dit gedrag (wordt je beloond), dan zie je je gedrag als positief en blijf je gedrag herhalen



Welke houding zouden de respondenten hebben op het gebied van het gekozen onderwerp?
Welke invloed heeft de houding mogelijk op het gebied van het gekozen onderwerp?




Slide 6 - Tekstslide

Eigen effectiviteit
Geloof in eigen kunnen

  • Dit gaat om wat we “denken” wat we kunnen
  • Zelfvertrouwen
  • Praktische aspecten, heb ik tijd of energie hiervoor
  • Kan je “nee” zeggen in je eigen belang?


Als we geloven in ons eigen kunnen, en dus voldoende eigen-effectiviteit hebben, is de kans groter dat we de intentie hebben om ons op een bepaalde manier te gedragen.


Slide 7 - Tekstslide

Sociale invloed
Welke invloed heeft de sociale omgeving: de sociale norm, de sociale steun, sociale druk, modelling
Wie heeft er invloed op het gedrag?
       - leeftijdsgenoten, peergroep
       - ouders, begeleiders, verzorgers
       - docenten, politie, werkgever


De invloed van de sociale omgeving wordt niet alleen bepaald door wat anderen écht vinden, maar ook door wat we dénken dat de omgeving vindt

Slide 8 - Tekstslide

Welke sociale invloed wordt uitgeoefend het probleem van je medestudent?

Slide 9 - Open vraag

Intentie


De ‘intentie tot gedrag hebben’, betekent dat we van plan zijn ons op een bepaalde (nieuwe) manier te gaan gedragen. We willen bijvoorbeeld meer gaan bewegen, vaker naar de sportschool gaan of gezonder gaan eten.
 
Zitten er voldoende positieve aspecten aan het gedrag (‘het is leuk’), dan krijgen mensen de intentie om het gedrag te vertonen.

Slide 10 - Tekstslide

Barrieres
Als je de intentie hebt om iets te gaan doen, kunnen barrières je hierin alsnog belemmeren. Er kunnen zich externe omstandigheden voordoen waarop de mens geen invloed   
heeft. Of de persoon wil alleen veranderen onder bepaalde voorwaarden.  
  • De helpende voorziening is niet in de buurt
  • Ouders zijn het niet eens met je intentie en werken tegen
  • Je hebt het geld niet voor een helpende voorziening

Deze barrières zorgen ervoor dat mensen dat (nieuwe) gedrag er maar bij laten zitten. Intentie leidt hierdoor dus niet tot gedrag.



Slide 11 - Tekstslide

Welke barrières zie jij nu voor jouw medestudent?

Slide 12 - Open vraag

Vaardigheden
Welke vaardigheden bezit de persoon die helpend zijn of die verder ontwikkeld kunnen worden? Denk aan motorische of sociale vaardigheden.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld 'roken'

Slide 14 - Tekstslide

Stap 2: Vul nu het ASE model in voor jouw medestudent

Slide 15 - Tekstslide