Voorzetsels/prepositions

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k, t
• Leerjaar 2

Voorzetsels van plaats

Je kunt at, on & in gebruiken als voorzetsels van tijd maar ook voor PLAATS.

- Your bag is on the table.

- We live in The Netherlands.

- We are at school now. 

AT gebruik je bij huisnummers en (namen van gebouwen

ON gebruik je bij oppervlaktes en openbaar vervoer (bus, trein, vliegtuig, boot)

IN gebruik je bij wegen, steden, landen, en grote gebieden. Je gebruikt het ook bij afgesloten ruimtes

andere veelgebruikte voorzetsels van plaats

I always study ___ my desk

1. at
2. in
3. on

Sam is ___ the bus to London

1. at
2. in
3. on

He lives ___ number 28.

1. at
2. in
3. on

I can't talk. I am ___ the plane.

1. at
2. in
3. on

Wat is de Nederlandse vertaling van
'next to'

Wat is de Nederlandse vertaling van 'in front of'

Wat is de Engelse vertaling van 'onder'

Wat is de Engelse vertaling van 'tussen'

Kies het juiste voorzetsel.
He is waiting _______ the bus stop. (bij)

1. on
2. in
3. at
4. near

Kies het juiste voorzetsel.
The plate is ______ the cutlery. (naast)

1. near
2. on
3. under
4. next to

Kies het juiste voorzetsel.
The cat is sleeping ______ the table. (onder)

1. above
2. in front of
3. behind
4. under

Kies het juiste voorzetsel
I am ____ school on Monday.

1. in
2. on
3. at
4. between

Kies het juiste voorzetsel
John walked ____ the room.

1. on
2. at
3. over
4. into

Kies het juiste voorzetsel
I am ____ my friend's house.

1. by
2. at
3. over
4. up