Scanderen

scanderen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Klassieke TalenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

scanderen

Slide 1 - Tekstslide

Hoe heet het metrum waarin de Aeneis is geschreven?
A
dactylus
B
spondaeus
C
dactylische hexameter
D
spondaeïsche hexameter

Slide 2 - Quizvraag

Hoe heten de metrische bouwstenen van een versregel?
A
voeten
B
handen
C
vingers
D
tenen

Slide 3 - Quizvraag

welke voet kom je in een dactylische hexameter tegen?
A
— ∪ ∪
B
— ∪ —
C
∪ ∪ —
D
∪ — ∪

Slide 4 - Quizvraag

— ∪ ∪ kun je vervangen door
A
∪ ∪ ∪ ∪
B
— —
C
∪ ∪ —
D
— ∪ ∪ —

Slide 5 - Quizvraag

Waar begin je met scanderen?
A
aan het begin van de versregel
B
aan het eind van de versregel
C
aan het begin én het eind van de versregel
D
in het midden van de versregel

Slide 6 - Quizvraag

Een tweeklank (ae, au, oe) is van nature
A
lang
B
kort

Slide 7 - Quizvraag

losse klinkers zijn
A
altijd kort
B
soms lang, soms kort

Slide 8 - Quizvraag

Wat is niet waar?
A
QU telt als één medeklinker
B
X telt als twee medeklinkers
C
Z telt als twee medeklinkers
D
een I is altijd een medeklinker (J)

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Hoe heet het omcirkelde verschijnsel op de vorige dia?
A
muta cum liquida
B
elisie
C
versus spondiacus
D
hiaat

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

scandeer regel 85 verder in je boekje (met potlood!) en stuur een foto

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

scandeer regel 86 in je boekje (met potlood!) en stuur een foto

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide