nakijken H4 + H5

Nakijken hoofdstuk 5 en 6
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Nakijken hoofdstuk 5 en 6

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn redenen om te diëten? (vraag 5.01)
A
om af te vallen
B
omdat je aan wilt sterken na bijvoorbeeld ziekte
C
omdat je bepaalde voedingsstoffen niet mag om gezondheidsredenen
D
omdat je bepaalde voedingsstoffen niet lust

Slide 2 - Quizvraag

eiwitten, koolhydraten en vocht zijn belangrijke voedingsstoffen
rauwe vis, ongepastureerde zuivelproducten zoals brie, rood vlees
sporters
zwangere vrouw
vraag 5.03

Slide 3 - Tekstslide

vraag 5.04

Slide 4 - Tekstslide

vraag 5.05
niet
wel

Slide 5 - Sleepvraag

Wat zijn gluten? (vraag 5.06)
A
een eiwit dat in melk voorkomt
B
een soort pasta
C
dit zit alleen in brood
D
een eiwit dat in verschillende granen voorkomt

Slide 6 - Quizvraag

Waar zit gluten in? (vraag 5.06b)
A
in tarwe, rogge en spelt
B
alleen in tarwe
C
alleen in rogge
D
alleen in spelt

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet dit ding op de afbeelding + waarvoor gebruik je het? (vraag 5.08)
A
insuline - als iemand diabetes heeft
B
epipen - als iemand benauwd is
C
epipen - als iemand allergische reactie heeft
D
cholesterol - als iemand hartklachten heeft

Slide 8 - Quizvraag

vraag 5.09
a. Bij een lactose-intolerantie heeft iemand problemen met het verteren van lactose. Dit is een suiker die voorkomt in melk en zuivelproducten.
b. Buikpijn, gas, diarree en een opgeblazen gevoel. 
c. Bijvoorbeeld: melk, yoghurt, jonge kaas.

Slide 9 - Tekstslide

vraag 5.16
a. 95 : (1,90 x 1,90) = 95 :3,61
95: 3,61 = 26.3.

b. Overgewicht.

c. Meer bewegen minder snacken.

Slide 10 - Tekstslide

begrippenlijst 5.22

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdstuk 6

Slide 14 - Tekstslide

Gezondheidsdeterminanten
De manier waarop je leeft, heeft invloed op jouw gezondheid. Deze factoren worden ook wel gezondheidsdeterminanten genoemd. 
Fysieke gezondheid is ook wel lichamelijke gezondheid
Mentale gezondheid wordt ook wel geestelijk of psychische gezondheid genoemd

Slide 15 - Tekstslide

Fysieke gezondheid
Mentale gezondheid
Gezonder eten,
meer bewegen,
stoppen met roken
praten met mensen over een probleem,
leuke dingen doen met anderen, yoga en mindfullness 

Slide 16 - Sleepvraag

Biologische factoren
Leefstijl
Omgeving
Voorzieningen gezondheidszorg
Leefomgeving, welvaart, opvoeding
Huisarts, tandarts, ziekenhuis
Voeding, beweging, stress
Erfelijkheid

Slide 17 - Sleepvraag

Wat betekent het begrip: welvaart 

Slide 18 - Woordweb

Slide 19 - Video

Welke positieve effecten hebben bewegen op gezondheid?

Slide 20 - Open vraag

Beweegrichtlijnen
  • Bewegen is goed, meer bewegen is beter
  • elke dag een uur aan matig intensieve zorg
  • doe minstens 3x per week spier- en botverstevigende activiteiten
  • voorkom veel stil zitten

Slide 21 - Tekstslide

Hoe kan goede hygiëne de verspreiding van ziekten voorkomen?

Slide 22 - Open vraag

SOA
Maak in je groepje een top 10. 10 woorden wat jullie weten over soa's. 
Wat is het, hoe kan je het voorkomen, wat moet je doen als je een soa hebt?

Slide 23 - Tekstslide

vragen
VRAGEN? 

Slide 24 - Tekstslide