9e les voor 1MH op 3 november 2022
1 / 22
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
De landbouwrevolutie begon in rond ...
A
7000 v.C.
B
9000 v.C.
C
10.000 v.C.
D
5000 v.C.
Slide 9 - Quizvraag
Landbouw is ...
A
veeteelt
B
economie en akkerbouw
C
akkerbouw en dieren
D
veeteelt en akkerbouw
Slide 10 - Quizvraag
Mensen in de landbouwsamenleving ...
A
... leven op één plek.
B
... werden zelfvoorzienend.
C
... leven als nomaden.
D
... leefden in tenten.
Slide 11 - Quizvraag
De bron gaat over jager-verzamelaars. Noem twee dingen waaraan je dat kunt zien.
Slide 12 - Open vraag
Dit is de landbouwsamenleving.
Noem twee dingen waaraan je dit kunt zien.
Noem twee dingen waaraan je dit kunt zien.
Slide 13 - Open vraag
In welke samenleving leven we nu?
A
Landbouwsamenleving
B
Industriële samenleving
C
Informatiesamenleving
D
Landbouwstedelijke samenleving
Slide 14 - Quizvraag
a. Welke vorm van landbouw is hier afgebeeld?
b. Wat waren de voordelen van dit landbouw systeem? noem er twee.
b. Wat waren de voordelen van dit landbouw systeem? noem er twee.
Slide 15 - Open vraag
Hoe noemden de Egyptenaren hun koning?
A
Keizer
B
Sultan
C
Farao
D
Tsaar
Slide 16 - Quizvraag
Wat was géén taak van de farao van Egypte?
A
Bevelhebber van het leger en de vloot.
B
Bijhouden hoeveel graan er werd geoogst.
C
Baas van alle priesters en ambtenaren.
D
Wetten maken waar iedereen zich aan moet houden.
Slide 17 - Quizvraag
Welke groep stond het laagst in aanzien in het oude Egypte?
A
Lage ambtenaren
B
ambachtslieden
C
Hoge ambtenaren
D
Boeren
Slide 18 - Quizvraag
Welke groep stond het hoogst in aanzien in het oude Egypte?
A
Ambachtslieden
B
Gewone priesters
C
Hoge ambtenaren
D
Hoge priesters
Slide 19 - Quizvraag
Het oude Egypte
Nederland in onze tijd
Het is een koninkrijk.
Het staatshoofd heet Farao.
Het staatshoofd heet koning.
Het staatshoofd heeft veel macht.
Het staatshoofd is goddelijk.
Slide 20 - Sleepvraag
Op welke van de onderstaande afbeeldingen is een geschreven bron te zien?
A
B
C
D
