les 6 quiz en oefenen lsd

Les 6
Weet jij 4 tips om beter te worden in luisteren?
1 / 65
volgende
Slide 1: Tekstslide
Sociale vaardighedenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 65 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 6
Weet jij 4 tips om beter te worden in luisteren?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

welkom bij les 7 sociale vaardigheden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

1. Maak luisteren belangrijk
We denken dat luisteren een automatisch proces is, waaraan we geen aandacht hoeven te besteden, 
zoals je weet is luisteren een top sport, helemaal als er ruis aanwezig is.
Dit kun je dus oefenen om 
hier beter in te worden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Houd je aandacht erbij
Omdat we genoeg hersencapaciteit hebben om tijdens het luisteren ook andere dingen te doen, is het belangrijk om de aandacht actief bij het gesprek te houden. 
Stel vragen, 
let op iemands lichaamstaal 
zorg dat er geen afleiding is ( telefoon, ruis)


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Zet je mening tijdelijk opzij
Probeer eerst goed te begrijpen wat de ander precies zegt voordat je je eigen mening of gedachte zegt. Laat je niet leiden door je vooroordeel.  ‘Wees je bewust van een neiging om te onderbreken, ongeduldig te zijn of iemands zinnen af te maken. 
Doe je dat toch, verontschuldig jezelf dan 
en ga weer terug in de luistermodus.’


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Wees terughoudend met eigen ervaringen
probeer de neiging te onderdrukken om direct met eigen ervaringen te delen, óók als iemand zijn problemen deelt.
‘Onze intentie is te zeggen: ik herken het, Maar door ons eigen verhaal te vertellen, lopen we het risico de boodschap over te brengen dat we niet luisteren en het verhaal van de ander ons niet interesseert,’.
 Vraag bijvoorbeeld eerst of de ander jouw ervaring 
wilt horen voordat je begint.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag
Terugblik vorige les
Leerstof voor de toets
Ezelsbruggetjes opdracht
Traintool opdracht bespreken
oefening begrippen communicatie
Vragen rondje

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

terugblik vorige les
Actief luisteren
soorten vragen
geoefend met soorten vragen en LSD techniek

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht spiekbriefje 
Bedenk bij de onderstaande vraagsoorten, 10 voorbeeld vragen die je zou kunnen gebruiken in een gesprek in de praktijk.
1. Open vragen (10)
2. reflecterende vragen (5)
3.confronterende vragen  (5)
4.  gesloten + keuze vragen ( 5 vragen)
 Succes!

Slide 10 - Tekstslide

extra of voor volgende week.
Wat is de leerstof voor de toets?
Vrijdag  3 november toets
1.1 Communicatie schema
1.2 verbaal/non-verbaal
1.3 metacommunicatie
1.4 Ruis
2.2 Actief luisteren
2.4 Soorten vragen ( - wonder en schaalvraag)
2.7 Ezelsbruggetjes

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toets communicatie
  • We beginnen om 10:30, zorg dat je minimaal 10:15 op school bent.
  • Ben je te laat? Kom je er NIET in en is je eerste kans verspilt.
  • Neem een eigen pen mee
  • Tassen leggen we gesloten op de grond met je telefoon + oortjes in je tas. Telefoons staan op stil zodat het geen ruis veroorzaakt.
  • Je blijft minimaal 30 minuten zitten Hierna lever je jouw toets in bij de docent en zet je jouw handtekening voor bevestiging.
  • Je krijgt jouw cijfer via Teams. heb je een onvoldoende? Herkansing  toets is 8 november 9:00

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communicatie 1 behalen
Wat moet je gedaan hebben om het vak te behalen?
De les opdrachten
De kennistoets voldoende behalen
De oefening LSD in Traintool maken & inleveren.
Deadline 5 november

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Technische problemen?
bijvoorbeeld tijdens het instellen van je camera of het opslaan van filmpjes, neem dan contact op met het Support Team van Traintool:
per mail (support@traintool.com)
per telefoon (030-8906555)
via de chat (Help-knop rechtsonder in beeld)
Het Support Team is beschikbaar op werkdagen 09:00 - 17:00,  

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten vragen
Open vragen
gesloten vragen
Keuze vragen  
Reflecterende vraag
Suggestieve 
dubbele vragen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

OefenQuiz
volgende week heb je de kennistoets van Communicatie.
We hebben al veel punten behandeld, we gaan kijken hoeveel je nog weet. ben je er klaar voor?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lees de casus:
Suzan werkt op een dagopvang voor verstandelijk gehandicapten. Sjoerd is haar collega. Suzan vind Sjoerd maar een sloddervos. Hij laat van alles slingeren. Vandaag ook weer. Ze werpt Sjoerd een boze blik toe en zuchtend ruimt ze de restanten van de activiteit van die morgen op. Sjoerd ziet het en denkt dat Suzan boos kijkt omdat de bezem een beetje kapot is. Hij zegt: "Vervelend dat de spullen hier altijd kapot zijn he? We moeten nodig nieuwe inkopen doen.." 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manier 'codeert' Suzanne haar boodschap?
A
met een zucht en een boze blik
B
met een opmerking over de bezem
C
door Sjoerd een berichtje te sturen

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er is sprake van RUIS in het gesprek. Wat is de oorzaak van de ruis?
A
Sjoerd decodeert de boodschap verkeerd.
B
Sjoerd kan Suzanne niet zo goed zien.
C
Er zijn harde geluiden in de activiteitenruimte waardoor de boodschap niet goed overkomt.

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie is de zender in deze casus?
A
Suzan
B
Sjoerd
C
Suzan en Sjoerd zijn allebei een keer zender

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Erik heeft moeite met s'ochtends uit bed komen. Mandy is zijn begeleider en zegt: "Als je nu uit bed komt, maak ik een ontbijtje voor je". Wat is het doel van deze communicatie?
A
Activeren
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Instrueren

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het gebruik van stop woordjes is een voorbeeld van:
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie
C
Meta communicatie

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waardoor wordt je referentiekader, hoe je naar de wereld kijkt, gevormd?
A
door je opvoeding en leefsituatie
B
door je ideeën en gewoonten
C
door je normen en waarden
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarnemen is hetzelfde als interpreteren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gebarentaal behoort tot...
A
verbale communicatie
B
non-verbale communicatie

Slide 26 - Quizvraag

Non-verbaal betekent: zonder woorden. In gebarentaal is feitelijk elk gebaar een onuitgesproken woord met vaste betekenis. In de menselijke communicatie geeft de non-verbale communicatie vaak de doorslag.
Verbale communicatie houdt in:
A
Communiceren met woorden
B
communiceren met geluid
C
Communiceren met geluid en woorden
D
Communiceren met lichaamstaal

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Naast je lichaamshouding wat heeft nog meer invloed op de communicatie?
A
De ruimte
B
het tijdstip
C
Onbewuste zaken
D
Alle drie

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Herrie op de gang is een voorbeeld van...
A
externe ruis
B
interne ruis
C
psychologische ruis
D
semantische ruis

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een asielzoeker die een uitleg in het Nederlands niet begrijpt, is een voorbeeld van...
A
psychologische ruis
B
semantische ruis

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Denise zegt dat het goed gaat met haar. terwijl zij dit zegt trilt ze met haar been en kijkt ze gespannen om zich heen van links naar rechts.
A
Communicatie is Congruent
B
Communicatie is Incongruent
C
ze communiceert met psychologische ruis
D
Ze communiceert met externe ruis

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een juist voorbeeld van metacommunicatie?
A
Wat zit je haar leuk!
B
Ik zie dat het je raakt
C
Sorry ik heb het druk
D
Ik kom zo naar je toe.

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nesim vraagt aan Lorenzo hoe het met hem gaat. Lorenzo heeft een koptelefoon op, geeft geen antwoord, staat op en loopt weg. Nesim blijft verbaasd achter.
A
Eenzijdige communicatie
B
Tweezijdige communicatie
C
communicatie op inhoudsniveau
D
Communicatie op Betrekkingsniveau

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een goeie zin om een samenvatting te starten is ........
A
Mooi, we gaan naar de volgende vraag
B
Heb ik het goed begrepen, dat .... en ....
C
Kunt u mij daarover iets meer vertellen?
D
Wat is uw echte naam?

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe laat je een open houding zien?

A
je zit met je benen en armen gekruist
B
je kijkt naar de grond in het gesprek
C
Je laat met je lichaamshouding zien dat je aandacht hebt voor de ander
D
je zegt na wat de ander heeft gezegd

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GEEN voorbeeld van een suggestieve vraag?
A
Hoe kijk je achteraf op je rol in die gebeurtenis?
B
Van die keuze heb je zeker wel spijt gekregen?
C
Ben je het met me eens dat het veel beter is om...?
D
Het eten was weer heerlijk hè?

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke soorten vragen zou je wel en welke niet willen gebruiken in de gesprekken? 
WEL 
open vragen
reflecterende vragen
gesloten vragen
suggestieve vragen
dubbele vragen

Slide 37 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Luisteren
Weet je nog de 4 tips?
maak het een prioriteit
geef al je aandacht
geen vooroordelen

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatten
Vervolgens ga jij dit in jouw eigen woorden herhalen.
Dit doe je zo: Begrijp ik goed dat u zegt ...... en .......?

Het is een controlevraag. Je vraagt of jij het goed hebt begrepen en of jullie op één lijn zitten. Het kan zijn dat jullie elkaar (ondanks dat jij dénkt de ander te begrijpen) nog niet helemaal goed begrijpen. Dan zal de ander jou corrigeren. 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doorvragen
Om de zaken nog helderder te krijgen.
Om hoofd van bijzaken te onderscheiden.
Bijvoorbeeld:
Kunt u een voorbeeld geven?
Hoe is het gekomen dat ......?
Waar bent u precies geweest?



Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Waarom is samenvatten belangrijk?
A
Om te kijken of wij elkaar goed begrijpen
B
Om de zaken nog helderder te krijgen
C
Om te zien of ik nog meer vragen kan stellen
D
Zo stel ik de ander op zijn gemak

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind jij de belangrijkste gesprekstechniek in een gesprek?

Slide 43 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gesprekstechnieken

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 45 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Functie van gesprekstechnieken
  • Als hulpmiddel om de communicatie te verbeteren
  • Als hulpmiddel om miscommunicatie te voorkomen
  • Als hulpmiddel het doel van het gesprek te behalen
  • Als reminder wat wel en niet te doen of te zeggen

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gesprekstechnieken ezelsbruggetjes
Als je in gesprek bent met anderen kun je een ezelsbruggetje toepassen. Een ezelsbruggetje is een handigheidje om iets beter te onthouden. Er zijn verschillende ezelsbruggetjes. Natuurlijk pas je ze niet altijd allemaal tegelijk toe. Maak een keuze en oefen ermee. Als je een ezelsbruggetje toepast, helpt dit je bij het voeren van een goed gesprek.

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10 gesprekstechnieken

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:11
Wat heb je gezien? wat merkte je aan de zender? Wat merkte je aan de ontvanger?

Slide 49 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Alle technieken op een rij
  1. OEN: Open, Eerlijk en Nieuwsgierig
  2. KLUTS: Kijken, Luisteren, (Uit)vragen, Toetsen en Samenvatten
  3. LSD: Luisteren, Samenvatten en Doorvragen
  4. VAAK: Verwachtingen, Afspraken, Aanspreken en Kalibreren
  5. OMA: Oordelen, meningen, aannames
  6. HELD: Herkennen, Erkennen, Loslaten Doorgaan
  7. ANNA: Altijd Navragen, Nooit Aannemen
  8. DIK: Denk in Kwaliteiten of Kansen
  9. NIVEA: Niet Invullen Voor Een Ander
  10. KOE: Kaken Op Elkaar

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht Poster 30 min
We maken 5 groepjes.
per groep krijgen jullie 2 gesprekstechnieken die je kunt toepassen in een gesprek
  1. - Maak een aansprekende poster per techniek ( Tekening/kleur)
  2. - Geef per techniek aan waarom dit nut heeft tijdens een gesprek
  3. - Geef een voorbeeld hoe je deze technieken toepast in een gesprek(schrijf een kort voorbeeld gesprekje uit). 

OEN: Open, Eerlijk en Nieuwsgierig
KLUTS: Kijken, Luisteren, (Uit)vragen, Toetsen en Samenvatten  

KOE: Kaken Op Elkaar
NIVEA: Niet Invullen Voor Een Ander

LSD: Luisteren, Samenvatten en Doorvragen
VAAK: Verwachtingen, Afspraken, Aanspreken en Kalibreren 

OMA: Oordelen, meningen, aannames
HELD: Herkennen, Erkennen, Loslaten Doorgaan

ANNA: Altijd Navragen, Nooit Aannemen
DIK: Denk in Kwaliteiten of Kansen

r



Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Presenteren Posters
Jullie hebben een poster gemaakt, nu gaan jullie deze presenteren. zorg dat het voor iedereen duidelijk is.

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ezelsbruggetjes
Laat OMA VAAK thuis en neem ANNA mee.
Wees een OEN, gebruik LSD en NIVEA.
Maak je niet DIK en raak de KLUTS niet Kwijt.
Waar is de HELD?

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke gesprekstechnieken kun je herkennen in het volgende gesprek?
Tip je hoort er 5!

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 57 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke er voorbij kwamen
  1. DIK ( Denk in kwaliteiten)
  2. LSD
  3. KLUTS ( kijken, luisteren, uitvragen toetsen, samenvatten
  4. VAAK ( Verwachtingen, afspreken, aanspreken, kalibreren)
  5. ANNA ( Altijd navragen nooit aannemen)

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht in Boom
OPdracht 13 in Boom staat voor je klaar!

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

traintool programma
Traintool opdracht in Boom:  opdracht 10 Luisteren, samenvatten doorvragen 
Traintool is een programma voor jou om te trainen met gesprekstechnieken. Voor dit vak en komende vakken kun je dit het hele jaar door gebruiken :)
We gaan samen inloggen en dan kun je thuis oefenen met LSD.
https://go.traintool.com/go/6204421e940b

Slide 60 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de leerstof voor de toets?
vrijdag 3  november toets 10:15
1.1 Communicatie schema
1.2 verbaal/non-verbaal
1.3 metacommunicatie
1.4 Ruis
2.2 Actief luisteren
2.4 Soorten vragen ( - wonder en schaalvraag)
2.7 Ezelsbruggetjes

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen opdracht 20 min
Jullie maken duo's. Uit de grabbelton kiezen jullie een lootje. op het lootje staat een begrip. 
1. Bedenk samen een korte casus waarin jullie aan de klas het begrip zo goed mogelijk uitbeelden.
2. Spreek met elkaar de rolverdeling af. Wie zegt/doet wat?
3. Sluit jullie casus af met de vraag aan de klas, welk begrip hebben jullie gezien?

Slide 62 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitvoeren Duo opdracht
1. jullie hebben per duo een korte casus bedacht.
2. iedereen in de klas heeft een wis bordje gekregen.
3. de klas kijkt naar de casus en probeert aan het einde te raden welk begrip is uitgebeeld. dit wordt opgeschreven.
4. De docent telt af en iedereen laat op 3 zijn antwoord zien :)!

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik les
Ezelsburggetjes
oefenen met begrippen
traintool besproken

Slide 64 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tip & tops
Afgelopen lessen heb je verschillende dingen geleerd en gedaan
volgende week de toets.
Hoe heb je de lessen ervaren?
Wat vond je van de onderwerpen?
Wat vond je hoe de lessen werden gegeven door de docent?
Heb je nog tips en tops? Dankjewel!

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies