5.3 De kerk in de late middeleeuwen

5.3
De kerk in de late middeleeuwen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

5.3
De kerk in de late middeleeuwen

Slide 1 - Tekstslide

We zijn in het middeleeuwse Utrecht!
Een van eerste Nederlandse steden met stadsrechten.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
- Wat het christelijke geloof in de late middeleeuwen inhoudt
- Hoe de kerk in de late middeleeuwen georganiseerd is
- Hoe de kerk in de late middeleeuwen omgaat met mensen met afwijkende geloofsopvattingen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Geloven in de middeleeuwen

  • Katholieke kerk = christelijke kerk die werd geleid door de paus in Rome.
  • Focus op leven na de dood (tussentijd).
  • Zonde = dingen doen die God had verboden.
  • Goede daden! Bidden tot een heilige..
  • Heilige = overledene die veel voor het geloof had gedaan (Maria) -> genezen.
  • Bedevaart = reizen naar een heilige plek om te bidden (pelgrims).

Slide 5 - Tekstslide

Organisatie van de kerk.
  • Bisdom = meerdere kerken in een bepaald gebied.
  • Bisschop = baas over de priesters in zijn bisdom (benoemd door de paus).
  • Kathedraal = belangrijkste kerk van een bisdom.
  • Voorbeeld: domkerk Utrecht 1254
  • Voorbeeld: Notre Dame Parijs 1163
  • Geld aan de kerk -> rijkversierde kerken (elke stad wilde de mooiste kerk).

Slide 6 - Tekstslide

Mensen met een ander geloof.
  • Kerken steeds rijker en machtiger ->11e eeuw verzet.
  • Sommigen leverden kritiek, maar bleven binnen de kerk.
  • Ketterij = mensen met afwijkende opvattingen (ketters -katharen).
  • Joden worden gediscrimineerd en Moslims gezien als vijand.
  • Kruistochten = christelijke ridders trekken massaal naar het Midden-Oosten om moslims te bestrijden.

Slide 7 - Tekstslide

Dominicanen en franciscanen
  • 2 belangrijke kloosterorden binnen de Katholieke Kerk die zijn ontstaan in de 13e eeuw.
  • Beide kloosterorden worden bedelorden genoemd:
  • Ze leven van giften in plaats van inkomsten uit land of bezit.
  • Ze zijn actief in de samenleving: helpen mensen, verkondigen het geloof, geven les.

Waarom zijn ze belangrijk?
In een tijd waarin de kerk rijk en machtig was, lieten de Dominicanen en Franciscanen zien dat je ook op een eenvoudige manier gelovig kunt leven. Ze speelden een grote rol in het verspreiden van het christelijk geloof, het onderwijs en de hulp aan armen en zieken.

Slide 8 - Tekstslide

Kruistochten
  • Moslims in Zuid-Spanje + baas Palestina.
  • Bedreiging voor het christelijke Oost-Romeinse Rijk.
  • Ze vielen bedevaartgangers in Palestina lastig.
  • In de 11e eeuw deed de paus een oproep om Palestina te bevrijden van de moslims (kruistocht).
  • 100.000 ridders naar het Midden-Oosten.
  • 8 kruistochten, met vele doden.
  • Jeruzalem tijdelijk in bezit van Europeanen.
  • Europa leerde hierdoor de Islamitische cultuur kennen...
  • Wat bleek? Moslims lang niet zo barbaars als gedacht ;)
  •  Papier, drukpers, kompas en buskruit

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Opdracht bronvragen bedenken: voorbeeld
Gebruik bron 1. Waarom zou de schilder een onjuiste weergave tonen van de Antwerpse kathedraal?

Ik zie aan de bron dat een heilige Norbertus aan het prediken is tegen de volgelingen van een ketter. Ik zie ook een grote sierlijke kathedraal. Deze elementen wijzen op de late middeleeuwen. Een klein romaans kerkje tekent dat beeld minder, dus ik denk dat de schilder op deze manier het beeld van de late middeleeuwen wilde versterken.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht: bronvragen bedenken
  • Je krijgt een of twee historische bronnen. 
  • Jij bedenkt zelf minstens twee bronvragen bij deze bronnen. Dus minstens 1 per bron. 
  • Daarnaast bedenk je ook een goed antwoord.

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
- Wat het christelijke geloof in de late middeleeuwen inhoudt
- Hoe de kerk in de late middeleeuwen georganiseerd is
- Hoe de kerk in de late middeleeuwen omgaat met mensen met afwijkende geloofsopvattingen

Slide 13 - Tekstslide