NaSk H7 Les 4 Paragraaf 4

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Welkom

Doe je jas uit en tassen van tafel

Potlood/pen op tafel

Schrift en boek op tafel

Telefoons in de tas

Ga zoveel mogelijk op je eigen plek zitten!

Vorige les

Zwaartekracht uitrekenen

F = m × g

De veerunster (blz 227 te zien)

Een kracht tekenen

Begin de pijl op het aangrijpingspunt

De richting van de pijl geeft de richting van de kracht aan

De lengte van de pijl geeft de grootte van de kracht aan

Zet bij je pijl altijd de letter F (met nodige info)

Deze les:

Leren zwaartekracht uitrekenen met een nieuwe formule

Kracht  | F | Newton | N
Afstand | s | Meter | m
gravitatieconstante | g | Newton per kilogram | N/kg
Massa | m | kilogram | kg

Zwaartekracht

Zwaartekracht is de aantrekkingskracht van de aarde op een voorwerp

Als je massa groot is, is je aantrekkingskracht ook groter

Hoe groot het is, is afhankelijk van waar je bent op aarde

(In Nederland is het g = 9,81 N/kg)

Zwaartekracht

De formule om de zwaartekracht uit te rekenen is simpel:

Fz = m × g

Fz = zwaartekracht, deze kan je uitrekenen

m = massa, deze kan je vaak meten

g = 9,81 N/kg (of anders, maar dan is het aangegeven)

Zwaartekracht

Stel dat je de massa van een persoon wil uitrekenen met een zwaartekracht van 660 N

Dan doe je via het ombouw trucje (of de driehoek) 

m = Fz / g

660 / 9,81 = 67,3 kg

Controle opdracht

Bereken de massa van een persoon die een zwaartekracht heeft van 540 N

Bereken de zwaartekracht van een persoon in Nederland die 80 kg weegt

Op welke planetoïde heeft iemand een zwaartekracht van 112 N en een massa van 70 kg?

Nu in de les doen:

Van paragraaf 3 hoofdstuk 7 op bladzijde 234

Opdrachten 29 tot en met 38

Huiswerk:

Opdrachten van H7.1 1 t/m 12

Opdrachten van H7.2  16 t/m 23