Achtervoegsels Nederlands

Achtervoegsels
Elize Roeland
Faya van Giesen
Amira Razzouki
Kiano Ouwerkerk
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Achtervoegsels
Elize Roeland
Faya van Giesen
Amira Razzouki
Kiano Ouwerkerk

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn achtervoegsels?
Sommige woorden bestaan uit een woord en een voorvoegsel, er zijn ook woorden met een achtervoegsel.
Als je de betekenis van een woord met een achtervoegsel soms wel bedenken. 
Bijvoorbeeld: -lijk, -heid, -ig, -teit, -baar, -atie, -aard, -aar, -isch, -ing, -ig.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Achtervoegsels zijn het zelfde als voorvoegsels?
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Geef een zin met een achtervoegsel?

Slide 5 - Open vraag

Achtervoegsels
wat zijn achtervoegsels? Wie weet?

Slide 6 - Tekstslide

Welk achtervoegsel is in de zin gebruikt? De kinderen in de speeltuin zijn erg vrolijk.
A
-tuin
B
-en
C
-lijk
D
de

Slide 7 - Quizvraag

Woord met achtervoegsel
Woord zonder achtervoegsel
bruikbaar
tafelkleed
waardeloos
pindasaus
smaakvol
kritisch
moedig
wangedrag

Slide 8 - Sleepvraag

Slide 9 - Tekstslide

achtervoegsels zijn
A
loos-wan-lijk
B
loos-lijk-heid
C
wan-heid-teit

Slide 10 - Quizvraag

Sleep de tekst naar het goede achtervoegsel
heid
ig
lijk
zaam
loos
baar
spaar
breek
waarde
vrij
zorge
aard

Slide 11 - Sleepvraag

Ik weet wat achtervoegsels zijn. Ik ken de betekenis van de achtervoegsels.
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll

Noem zoveel mogelijk achtervoegsels.

Slide 13 - Woordweb

wat zijn achtervoegsels?
A
woorden die achter een

Slide 14 - Quizvraag