QUIZ
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
WAT IS INCONTINENTIE?
A
Aandoening waarbij je urine
of ontlasting niet kunt ophouden
B
Maagklachten
C
Maagreflux
D
Aandoening waarbij je
ontlasting niet kunt ophouden
Slide 2 - Quizvraag
Komt meer voor bij vrouwen dan bij mannen
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 3 - Quizvraag
S ’nachts heb je geen last van stressincontinentie
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 4 - Quizvraag
Er zijn werkzame geneesmiddelen bekend om het probleem op te lossen
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 5 - Quizvraag
Kan een druppel of overloopincontinentie komen door een vergrote prostaat
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 6 - Quizvraag
Per keer hoeveel urineverlies per keer heb je bij aandrang of urge-incontinentie
A
250ml-500ml
B
1L-2L
C
1L-1,5L
D
250 ml- 1L
Slide 7 - Quizvraag
Welke trainingen kunnen helpen bij aandrang of urge-incontinentie?
Slide 8 - Open vraag
Wat gebeurt er bij overloopincontinentie?
Slide 9 - Open vraag
Wat ik stressincontinentie?
A
Menstruatieklachten
B
Depressief
C
Je verliest ongewild klein beetjes urine als je gaat hoesten, niezen, inspanning en zwaar tillen
D
Stress
Slide 10 - Quizvraag
Jongens hebben vaker last van bedplassen dan meisjes.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 11 - Quizvraag
Er bestaat een neusspray tegen bedplassen en dit middel heet Desmopressine.
A
JA
B
NEE
Slide 12 - Quizvraag
Enuresis nocturna is de wetenschappelijke naam voor bedplassen.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 13 - Quizvraag
Je kan voor je kind een plaswekker kopen om bedplassen te voorkomen.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 14 - Quizvraag
Worden antidepressie-middelen van de tricyclische groep gebruikt tegen bedplassen?
A
JA
B
NEE
Slide 15 - Quizvraag
Je spreekt van bedplassen als je al 1 keer in je bed hebt geplast en daarna nooit meer.
A
WAAR
B
NIET WAAR
