H1A herhalen lijdend voorwerp

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Herhalen lijdend voorwerp

lijdend voorwerp

1. zoek de persoonsvorm

2. verdeel de zin in zinsdelen

3. zoek het onderwerp

4. zoek het gezegde

5. wie of wat + onderwerp+ gezegde

De gearresteerde man probeerde de politie het misverstand uit te leggen

Verdeel de zin in zinsdelen
In ruil daarvoor hielp hij hem met leren.

Wat is 'hij in deze zin?
In ruil daarvoor/hielp/hij/hem/met leren.

Wat is hem in deze zin?
In ruil daarvoor/hielp/hij/haar/met leren.

Wanneer gebruik je zij en wanneer gebruik je haar?

Zij neemt een tatoeage van een vogel op haar rug.

Numo

je maakt de taak van numo

of......

je blijft bij mij nog even oefenen

De ober serveerde de gasten een zevengangendiner.

Een zevengangendiner serveerde de ober de gasten.

De ober/ serveerde /de gasten/ een zevengangendiner.

De ober serveerde de gasten een zevengangendiner.

Kinderen lezen boeken voor aan honden en katten uit het asiel

Aan honden en katten uit het asiel lezen kinderen boeken voor.

Kinderen lezen boeken voor aan honden en katten uit het asiel

Kinderen lezen boeken voor aan honden en katten uit het asiel

We hebben Simons verjaardag helemaal niet gevierd