1.9 Volume meten 1b
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Wat is volume?
A
Een ander woord
voor inhoud
B
De ruimte die een
stof inneemt
C
A en B zijn allebei goed
D
A en B zijn allebei fout
Slide 9 - Quizvraag
Hier wordt het volume van een onregelmatig voorwerp bepaald. Hoe heet deze methode?
A
volume methode
B
onderdompelmethode
C
maatcilindermethode
D
volume bepalen
Slide 10 - Quizvraag
De formule voor volume is...
A
l x b x h
B
l x b
C
l + b + h
D
l + b
Slide 11 - Quizvraag
Wat is het volume van deze steen?
A
9 ml
B
9cm2
C
24 cm3
D
24mm3
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het volume?
A
64cm3
B
16cm3
C
64m3
D
16m3
Slide 13 - Quizvraag
Wat is het volume?
A
0,72 cm3
B
0,72 dm3
C
6,7 cm3
D
6,7 dm3
Slide 14 - Quizvraag
Wat is het volume?
A
60cm3
B
600cm3
C
0.6m3
D
0.006cm3
Slide 15 - Quizvraag
Alles wat je kan meten heeft een "volume".
Wat is de eenheid van volume?
Wat is de eenheid van volume?
A
m
B
liter
C
m2
D
m3
Slide 16 - Quizvraag
Rob bepaalt het volume van een schaakstuk met de onderdompelmethode (zie afbeelding). Wat is het volume van dit schaakstuk?
A
16 ml
B
6 cm³
C
10 ml
D
16 cm³
