EHBO reanimatie les 7

EHBO reanimatie en AED
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GezondheidskundeMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 4 videos.

Onderdelen in deze les

EHBO reanimatie en AED

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

AED staat voor:
A
Automatische Elektrische Defibrillator
B
Automatische Externe Defibrillator
C
Automatische Elektronen Defibrillator
D
Automatische Exposure Defibrillator

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het doel bij het gebruik van een AED?
A
Een AED geeft het slachtoffer een stroomstoot
B
Een AED schakelt 112 in
C
Een AED kan een praatje met de omstanders maken
D
Een AED moet de hartslag weer stabiliseren

Slide 4 - Quizvraag

Wat doet een AED niet?
A
beademen
B
schok geven
C
hartritme analyseren
D
zeggen wat de hulpverlener moet doen

Slide 5 - Quizvraag

De elektroden van de AED werken net zo goed op een natte huid als op een droge huid.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Een slachtoffer van een circulatiestoornis heeft de grootste kans om te overleven als hij binnen
A
10 MINUTEN WORDT GEREANIMEERD
B
15 MINUTEN WORDT GEREANIMEERD
C
BINNEN 6 MINUTEN WORDT GEREANIMEERD
D
30 MINUTEN WORDT GEHOLPEN

Slide 10 - Quizvraag

Een allergie is:

A
overgevoeligheid van het lichaam op alles
B
overgevoeligheid van het lichaam voor bepaalde stoffen
C
een erfelijke afwijking
D
een familiaire afwijking

Slide 11 - Quizvraag