2.3 Vruchtbare halve maan, van dorp naar stad

Tijd van Jagers en Boeren
Tot 3000 v. Chr
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Tijd van Jagers en Boeren
Tot 3000 v. Chr

Slide 1 - Tekstslide

Tijd van Jagers en Boeren

Slide 2 - Tekstslide

Neolithische revolutie

  • 'Neo' = nieuw,   'Lithos' = steen. (nieuwe steentijd)
  • Revolutie = plotselinge verandering
  • Overgang van jagen & verzamelen naar landbouw

Slide 3 - Tekstslide

Neolithische revolutie
  • Neolithische revolutie = overgang van Jagen & verzamelen naar landbouw
  • Waarom? Oftewel.. 
  • Wat waren de oorzaken:
  1. Klimaatveranderingen 11.000 jaar geleden
  2. Verdwijnen van overvloed aan bossen/planten/dieren
  3. Ontdekking van voedzame granen

Slide 4 - Tekstslide

Vruchtbare halve maan

Slide 5 - Tekstslide

Agrarische samenleving
  • Agrarische samenleving: maatschappijvorm waar mensen leven van de landbouw
  • Welke gevolgen had deze ontwikkeling?
  1. Wonen op dezelfde plek (geen nomaden meer)
  2. Er was veel eten beschikbaar -> hierdoor groeide het aantal mensen
  3. Er ontstond arbeidsspecialisatie 

Slide 6 - Tekstslide

Ontstaan ambachten!

Slide 7 - Tekstslide

Ontstaan van ambachten
  • Landbouw bracht meer dan nodig:
    Landbouwoverschot.

  • Niet meer boeren nodig:
    Mensen beoefenen ambachten.

  • Richten op één vaardigheid:
    Specialisatie.

  • Mensen werden steeds beter in hun vak...

Slide 8 - Tekstslide

Irrigatielandbouw
(~1000 v.c.)
Irrigatielandbouw
(21ste eeuw)

Slide 9 - Tekstslide

Irrigatielandbouw
  • Om de akkers vochtig te houden, deed men aan irrigatielandbouw

Slide 10 - Tekstslide

Irrigatielandbouw

Slide 11 - Tekstslide

Mesopotamië
Eerste agrarisch-stedelijke samenleving.

- Goede omstandigheden (klimaat).
- Goede ligging (geografisch).
- Irrigatielandbouw.

Ongeveer 6000 voor Christus

Slide 12 - Tekstslide

Agrarisch-stedelijke Samenleving: Samenleving waarin de landbouw het allerbelangrijkst is,
maar waarin ook steden zijn. 

Slide 13 - Tekstslide

Gevolgen II
Handel
Door dat er nu meer beroepen ontstonden, werd er ook meer gehandeld.

Boeren en ambachtslieden brachten hun goederen naar de markt.

Men deed hier aan ruilhandel.

Slide 14 - Tekstslide

Schrift was belangrijk
Het schrift was nodig om afspraken te kunnen vastleggen, taken te verdelen, belasting te innen, etc. 
Zonder schrift was het besturen veel moeilijker

Slide 15 - Tekstslide

Prehistorie & historie
Prehistorie: de tijd voor de uitvinding van het schrift
Historie: de tijd vanaf het moment dat mensen schrift leren kennen.

Slide 16 - Tekstslide

prehistorie / historie
Prehistorie (pre = voor, historie = geschiedenis) Dit is het moment voordat men kon schrijven --> archeoloog.

Historie: De periode nadat mensen konden schrijven  --> historicus

Geschiedenis kijkt alleen naar historie
Het spijkerschrift, ontwikkeld tussen 3300 en 2900 voor Christus ten zuiden van Mesopotamië (huidig Irak).

Slide 17 - Tekstslide

Waarom is de uitvinding van het schrift belangrijk voor ons
A
Anders hadden wij nu niet kunnen lezen en schrijven
B
Zo kunnen wij een beeld vormen van het verleden
C
Zo weten wij hoeveel spullen mensen vroeger hadden

Slide 18 - Quizvraag

Wat is geen reden dat het schrift belangrijk was voor het bestuur van een stad?
A
weten wie belasting had afgedragen,
B
weten welke arbeiders loon hadden ontvangen
C
weten hoeveel soldaten er waren
D
weten op welke plekken het niet vruchtbaar was

Slide 19 - Quizvraag

Voor wie was de uitvinding van het schrift (het meest) belangrijk?
A
De slaven
B
De soldaten
C
De farao en de ambtenaren
D
De bedienden en huisvrouwen

Slide 20 - Quizvraag

Hoe noemen we de periode in de geschiedenis vóór de uitvinding van het schrift
A
oude steentijd
B
ijzertijd
C
prehistorie
D
historia

Slide 21 - Quizvraag

Met de uitvinding van het schrift eindigde de ... en begon de ...
A
prehistorie, historie
B
historie, prehistorie

Slide 22 - Quizvraag

De prehistorie eindigt met de uitvinding van het schrift. Dit kan daardoor per gebied verschillen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Vaardigheid: Oorzaak/gevolg
Oorzaak: waardoor iets gebeurd
Gevolg: iets wat door iets anders gebeurd.


Slide 24 - Tekstslide

Wat is een oorzaak-gevolg
A
Ik viel van de trap, doordat mijn veter loszat.
B
De spits van Ajax krijgt de bal goed aangespeeld, waardoor hij scoort.
C
Hij staat een acht voor de vakken wiskunde en Engels.
D
De kleuren van de vlag zijn geel en blauw.

Slide 25 - Quizvraag

Is dit een oorzaak of gevolg van de irrigatielandbouw?

'Het ontstaan van nieuwe beroepen'
A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 26 - Quizvraag

Is dit een oorzaak of gevolg van de irrigatielandbouw?

'Het ontstaan van nieuwe uitvindingen'
A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 27 - Quizvraag