H 2.3 Lichtbundels

Hst 2.3 Lichtbundels
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Hst 2.3 Lichtbundels

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan de 3 soorten lichtbundels opnoemen.
Ik kan de 3 soorten lichtbundels tekenen.
Ik kan aangeven hoe een bolle lens werkt.
ik kan aangeven hoe een holle lens werkt.

Slide 2 - Tekstslide

Indeling van de les
uitleg par. 2.3
werken aan opdrachten
herhalen wat je deze les geleerd hebt.

Slide 3 - Tekstslide

We kennen drie soorten lichtbundels
Divergente lichtbundels

  • De meeste lichtbronnen maken een divergente bundel. 

  • Dit is een bundel die steeds groter  wordt. 

  • Bijvoorbeeld een zaklamp. Als je een zaklamp dicht bij de muur houdt is de bundel klein. Als je verder weg gaat staan wordt de bundel groter.

Slide 4 - Tekstslide

Evenwijdige lichtbundel
  • Deze bundel wordt niet groter en niet kleiner. 

  • Alle lichtstralen gaan dezelfde kant op.

  • Een laser is een evenwijdige lichtbundel. 

  • Ook van de zon komt een evenwijdige lichbundel

Slide 5 - Tekstslide

Convergente lichtbundel
  • Een bundel die steeds kleiner wordt heet een convergente bundel. 

  • Alle lichtstralen komen samen op één bepaalde plek

  • Met een vergrootglas kan je een convergente lichtbundel maken. 
  • Als je een vergrootglas in de zon houdt ontstaat er een convergente lichtbundel.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht
Wat: maak opdrachten 35 t/m 39 in je werkboek
Hoe: Zelfstandig, alleen fluisteren!!
Hulp: medeleerling en docent
Tijd: tot 5 min voor tijd, niet af is huiswerk.
Klaar: lees de rest van H2.3

Slide 7 - Tekstslide

Positieve of bolle lenzen

Slide 8 - Tekstslide

Hoe kan je lichtbundels veranderen?

Slide 9 - Tekstslide

Lenzen
Met lenzen kun je een lichtbundel veranderen.

Hoe?

Slide 10 - Tekstslide

Positieve lenzen zijn in het midden dikker dan aan de rand. 

Daarom worden ze ook wel bolle lenzen genoemd. 

Slide 11 - Tekstslide

Bolle lens
Een bolle lens knikt de lichtstralen naar binnen.



CONVERGERENDE WERKING

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Bolle lenzen
Een sterkere bolle lens knikt de lichtstralen meer naar binnen. 

Het punt waar de lichtstralen bij elkaar komen ligt dichter achter de lens dan bij een zwakkere lens

Slide 14 - Tekstslide

Een negatieve of holle lens is in het midden 
dunner dan aan de rand.

Slide 15 - Tekstslide

Lichtstralen worden door een negatieve lens naar buiten geknikt. Een divergerende werking.

Slide 16 - Tekstslide

0

Slide 17 - Video

Hoe noem je deze lichtbundel?
A
Convergent
B
Evenwijdig
C
Divergent

Slide 18 - Quizvraag

Welke lichtbundel zie je hier ?
A
Evenwijdig
B
Convergent
C
Divergent

Slide 19 - Quizvraag

wat is een lichtbundel?
A
1 lijntje licht
B
een groep lichtstralen die dezelfde kant op gaan
C
al het licht dat uit een lichtbron komt
D
het licht dat op een voorwerp wordt weerkaatst

Slide 20 - Quizvraag

Opdracht
Wat: lees blz 32 t/m 35 in je lesboek
          maak opdrachten 35 t/m 45 in je werkboek
Hoe: Zelfstandig, alleen fluisteren!!
Hulp: medeleerling en docent
Tijd: tot 5 min voor tijd, niet af is huiswerk.
Klaar: maak opdracht 46 t/m 50

Slide 21 - Tekstslide

Wat heb je deze les geleerd?
  • je kunt drie verschillende soorten lichtstralen noemen
  • Wat gebeurt er met een lichtbundel die door een bolle lens gaat?
  • Wat gebeurt er met een lichtbundel die door een holle lens gaat?

Slide 22 - Tekstslide